United States or Jamaica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Tegenover vreemden toonen zij zich wantrouwig en prikkelbaar; over 't algemeen zijn zij zeer eigenzinnig en gedragen zich als stoute kinderen. Hun misnoegen geven zij door fluitende toonen te kennen. Alles wat hun vreemd voorkomt, brengt bij hen ontroering teweeg: zij zijn zoo vreesachtig, dat het zien van een voorbijvliegende Wesp hun grooten angst inboezemt.

Hij besteedde veel tijd om zich te verfrisschen, nam een koud bad en kwam even over drieën beneden in de eetkamer, waar zijn ontbijt hem wachtte. Hij had honger en behagelijk weidde hij een blik over de koude kip en over de flesch Hochheimer. Hij nam echter eerst uit de kast, die open was, een paar rauwe eieren en klutste geel en wit, fluitende, in een glas cognac samen.

Hij wilde vertrekken, maar zij nam zijn hoofd tusschen hare handen en zoende hem. Je bent een beste jongen, dat je naar de Horze gaat. Wat zal mama blij zijn! En Théodore, vooral als hij hoort waarom je meêgaat! sprak zij vriendelijk. Hij was recht vroolijk, dat zij verzoend waren, en zij hoorde hem weldra, fluitende, de treden der trap afspringen.

Zij loopen uitmuntend en vliegen met gemak en snel, zonder door een dezer bewegingen spoedig vermoeid te worden. Zij zwemmen niet gaarne, maar toonen zich in geval van nood ook hiervoor geschikt. Bijna alle soorten hebben een luid klinkende, fluitende stem en brengen gedurende den paartijd tot trillers vereenigde tonen voort, die eenige aanspraak kunnen maken op den naam van gezang.

Als de Coatis een vijand bemerken, geven zij hunne metgezellen hiervan onmiddellijk kennis door luide, fluitende geluiden en klimmen ten spoedigste in een boom; alle overige volgen dit voorbeeld; in een oogwenk is het geheele gezelschap over de takken van de kroon verdeeld.

Onder het vliegen laten zij geregeld hun luide, fluitende stem hooren, deze bestaat uit een reeks van tonen en klinkt ongeveer als "tsjiep tsjiep hoit". Maar ook gedurende het zitten en rondloopen schreeuwen zij dikwijls.

Van beide soorten hoort men in de tweede helft van Maart bij donker, regenachtig weer de fluitende lokstem dikwijls den geheelen nacht door: vandaar hun naam.

Het is een mengelmoes van spinnende, smakkende, ratelende en fluitende geluiden, waaruit men niet recht wijs kan worden. Nadat het gezelschap zich op deze wijze bezig heeft gehouden tot een paar uur na zonsopgang, gaat ieder voedsel zoeken.

Zacht fluitende tonen worden door dezen virtuoos niet voortgebracht; zijn geheele lied bestaat uitsluitend uit krakende en krijschende geluiden. "Dorre dorre dorre, karre karre karre, kerr kerr kerr, kai kai kai kai, karre karre karre, kiet" zijn de duidelijkste en voornaamste bestanddeelen van dit lied. En toch maakt het indruk.

Alles was zeer goed afgelopen, Massijn was kloekmoedig geweest tot het laatst, hij was vertrokken met de glimlach op de lippen, en tot het laatste moment, terwijl het reusachtig, bruisend en fluitende schip zich reeds van de kade verwijderde, had hij gegroet met de hand en daarna gezwaaid met hoed en zakdoek.