Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 juli 2025


"Het eeuwig-vrouwelijke trekt ons opwaarts" luiden de slotwoorden van het Faust-gedicht: "Das ewig-weibliche zieht uns hinan." Wat is de beteekenis dezer uitspraak? Naar ons voorkomt deze: tot nu toe kenmerkt Faust zich door de strevende werkzaamheid.

Zij werden op bovennatuurlijke wijze bijgestaan door niet geheel vermenschelijkte, in kracht en wijsheid welhaast goddelijk gebleven vrouwen, de Walkuren. Deze hielpen hen in den strijd, leerden hun wijsheid, en droegen ze naar Walhalla wanneer ze vielen in 't gevecht: het eeuwig-vrouwelijke in heldenwilde tijden.

Daarom is de Godheid in dit opzicht dat zij het geestesleven voleindigt, voor hem niet de werkzame Man, maar degene in wien het werk ten einde is en bij wien de mannenkracht uitrust: zijn tegendeel: het eeuwig-Vrouwelijke. Man en Vrouw, Mannelijkheid en Vrouwelijkheid zijn symbolische namen en symbolische begrippen om de goddelijke werking aan te duiden.

Wat de Middeleeuwen in de Maria-dienst, wat de Griek in de Aarde-moeder nabij was, deze aflegging van den menschelijken eigen-wil en van het eigen-bewustzijn, vindt Faust in zijn opstijging, aangetrokken door het eeuwig-Vrouwelijke der goddelijke Liefde.

Tijdsomstandigheden en taalontwikkeling hadden wel steeds min of meer invloed op de manier van uiting en nadere omschrijving dezer wijsheid; maar hij voor wien de taal niet is een stelsel van verstijfde en in hun vasten omvang algebraisch te bewerken begrippen, doch van levende symbolen zelf, ziet al spoedig in dat hij die ééne wereldwijsheid, welke haar aanvangs-, hoogte- en eindpunt vindt in het zich éénvoelen met God, eenig doel en inhoud der waarachtige mystiek, zoowel verbeeld ziet in de mystische filosofie van een Boeddha, Meester Eckhart of Hegel, als in de dichterlijke erotiek, in de "voortbrenging in het Schoone", van Plato of de aanbidding van het "eeuwig-vrouwelijke" van Dante of Goethe.

Het zedelijk streven van den mensch is, in zijn grond beschouwd, niet eigen werk, maar de Godskracht in hare werkzaamheid; want naar ons wezen zijn wij het Algemeene, en de Geest des Geheels heeft hier zijne inwoning. Het streven opwaarts is, alzoo beschouwd, de aantrekkingskracht die van boven werkt, en de Faust-dichter noemt deze aantrekkingskracht: het eeuwig-vrouwelijke.

Woord Van De Dag

estes

Anderen Op Zoek