United States or Solomon Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zelden komt het echter voor, dat hij, als het Auerhoen, alles om zich heen vergeet en doet, alsof hij doof en blind is. Zijne bewegingen gedurende het balderen zijn opgewonden, haastig en vreemdsoortig.

Het balderen duurt tot na zonsopgang en heeft gewoonlijk bij 't aanbreken van den dag met het meeste vuur plaats. Als het geheel en al dag geworden is, houdt de haan op en begeeft zich naar de hennen, die op eenigen afstand rondloopen.

Het balderen is zoowel een liefdedans als een liefdesgezang.

Allerlei roofdieren en ook de mensch maken overal ijverig jacht op het Korhoen. In Duitschland schiet men de oude hanen gedurende het balderen en houdt in het najaar drijfjachten om de jongen te bemachtigen. In de hooge bergstreken en in de noordelijke landen worden de Korhoenderen, evenals de Auerhoenderen, gedurende het geheele jaar, behalve in den paartijd, vervolgd.

Den aanzienlijksten omvang en de levendigste kleuren hebben deze huidaanhangsels, die door aandrang van bloed naar de vaten opzwellen, gedurende het "balderen" als de opgewondenheid van den haan haar grootste hoogte heeft bereikt.

In Duitschland begint het balderen, als de knoppen van de berk opzwellen, dus gewoonlijk in de tweede helft van Maart; het wordt voortgezet gedurende de geheele maand April en houdt eerst in Mei op. In de hooge bergstreken en in de noordelijke landen begint het balderen later en duurt soms tot het midden van Juni, ja zelfs tot in Juli.

Het meest in trek is echter overal de jacht gedurende het balderen, ook al, omdat de jager, zelfs wanneer hij zijn doel niet bereikt, een schadeloosstelling voor zijn moeite vindt in het aantrekkelijke schouwspel, dat hem geboden wordt.

Volgens het oordeel van vele jagers levert de lente geen schooner schouwspel op dan het balderen van het Korhoen.

Het vreemdsoortige en onstuimige gedrag van den Auerhaan gedurende den paartijd stelt den jager in staat dit prachtige, doch schuwe dier tot op korten afstand te naderen; uitvoerige beschrijvingen van het "balderen" van het minnespel van den Auerhaan hebben wij daarom niet alleen aan den natuuronderzoeker, maar ook aan den jager te danken.

Van tijd tot tijd blijft men staan om te luisteren, of in de stilte van den nacht het gebalder weerklinkt, waarnaar de jager misschien nog meer verlangt dan de hen, voor wie het bestemd is. Wanneer er niets te hooren is, bekruipt hem de vrees, dat de haan misschien geen lust heeft in 't balderen, gelijk dikwijls geschiedt.