Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juni 2025
De Major MEDLAR, ik zelf, met eenige soldaten van de voorhoede, en eene kleine krygsbende van Neger-Jagers, trokken voor uit, en wel dra kwamen wy op een schoon veld, met ryst en Indisch kooren bedekt. Hier hielden wy stil, om ons gezamentlyk krygsvolk in te wagten, en vooral om aan de achterhoede tyd te geven om aan te rukken, want eenigen van derzelver soldaten waren twee mylen agter ons.
Ik moet 'er ook byvoegen, dat de matroos, die agter aan ging, niet dan met veel gematigdheid zig van zyn stok bediende. Na met verbaazing deezen droevigen hoop van menschelyke schepzels gezien te hebben, keerde ik naar myne woonplaats te rug, over zulk een schouwspel verontwaardigt en ontsteldt.
Elk vaartuig wierd voort geroeit door zeven of agt Negers, die geheel naakt waaren, of die ten minsten niets anders aan hadden dan een kleine linnen band, welke tusschen de beenen doorging, en van agter en van vooren met een zeer dun catoen lint vast gemaakt en om de lenden geknoopt was.
Zy hielden zig agter deeze opgeworpen verschanssingen verscholen, en gaven van daar, byna zonder eenig gevaar, vuur op ons, die dit zoort van wallen beklimmen moesten, eer wy in hun gehucht komen konden: in weerwil echter van alle de hinderpalen, die zy ons in den weg leiden, geraakten wy altyd voorwaarts.
Den zelfden dag, poogde een ander gedeelte der muitelingen zig meester te maken van het kruid-magazyn op Hagenbos, het welk geen kwaad ontwerp was, en zy hadden daar toe het tydstip uitgekozen, dat de Jagers bezig waren met eene andere bende te vervolgen; maar zy wierden door een klein getal gewapende slaven te rug gedreven, één van welken, tot de Plantagie Timotibo behoorende, eenen gewapenden muiteling gevangen nam, en vervolgens hunne legerplaats agter de Plantagie van zynen meester ontdekte, voor welken dienst hy wel beloond wierd.
Hy zelf was aan het hoofd der eerste; de Majoor RUGHCOP voerde het bevel over de tweede, waar toe ik behoorde; en wy lieten agter ons eene sterke wacht met voorraad voor de zieken. Zie hier den zakelyken inhoud van onze beveelen op deezen tocht. ART. I. De vreedzaamheid en matigheid wierden daar by ten sterksten aanbevolen.
Des morgens van den 26sten, hoorden wy nog verscheiden schoten in het bosch. Vreezende, dat dit Europeesche manschappen zyn mogten, die van den weg afgedwaald waren, gelastte ik myne schildwagt, om deeze noodschoten, één voor één, met zyn snaphaan te beantwoorden, en ik voegde daar by twee tambours, die twee uuren agter den anderen trommelen zouden.
Dit touw was agter om hun rug gebonden, hunne schouders werden 'er byna door ontwricht, en het veröorzaakte hun de verschrikkelykste folteringen.
"Ei lieve, myn heer, wilt gy my betaalen de vyf guldens, welken gy my schuldig zyt? Om wat te doen, antwoordde de Jood? Om eeten en drinken te koopen; ziet gy niet, dat men my laat leven?" De Jood op deeze woorden agter uit deinzende, lachte de ongelukkige misdadiger hem opentlyk en van goeder harten in het aangezicht uit.
Dagelyks zagen wy deeze aapen aan weerskanten van de Rivier, maar voornamelyk op den middag. Zy sprongen in een groot getal van boom tot boom, de één na den ander; zelfs in een geheele reeks agter malkander.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek