United States or Togo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Prins Max von Wied beweert, dat zij, zoolang zij gezond zijn, slechts dan op den grond afdalen, als het hun onmogelijk is geworden van uit de laagst groeiende takken het water te bereiken, om op hun eigenaardige wijze te drinken. Men maakt ijverig jacht op hen. De Portugeezen gebruiken hun vel, de wilden eten hun vleesch, vele Indiaansche stammen verkiezen dit wild boven al het overige.

"Och Peter," zei vrouw Janssen, terwijl zij de oogen op het knaapje hield geslagen: "die jong is pas zeuven moanden oud, 't is nou over drie doagen Alder Heiligen, en tegen Maria Lichtmis is 't alweer zoo wied." "Kom, da's zoo'n spul niet," sprak Peter op geruststellenden toon: "we motten toch 't half dozijntje vol hebben, Net?"

"In alle gewesten van de oostkust van Brazilië, die ik doorreisde," zegt de Prins Von Wied, "is deze Papegaai een der meest algemeene. Overal waar dichte oerwouden aan mangrove-moerassen en riviermonden grenzen, vond ik hem in menigte, want hij broedt zoowel hier als daar en houdt, naar het schijnt, veel van de vruchten der mangrove.

In Brazilië wordt ijverig jacht gemaakt op alle Pepervreters, zoowel wegens hun vleesch en hunne fraaie veeren als met de bedoeling, om deze vreemdsoortige dieren als huisgenooten te hebben. "Wij schoten," zegt de Prins Von Wied, "dikwijls verscheidene Toekans op één dag; hun vleesch werd gegeten en gelijkt op dat van de Kraai."

Genaovendsaom." "Wacht," zegt Geert, "ik gao mit, dan heb 'k zoo wied gezelschop." "Ja, ik gao ook mit," zeg Pijter, "baos ik heb joe mien stevels bie deure hen zet, kan 'k dij Zaoterdag wol weerum haolen? D'r mout halve zolen en hakken under." "'t Schal wel gaon. Gòjenaovend." A. H. Smith. Het Frankische taaleigen.

"Ik kan," zegt de Prins Von Wied, "op grond van eigen ervaring verzekeren, dat beide de waarheid spreken; want dikwijls hebben wij binnen weinige minuten zeer vele Kolibries van dezelfde soort op een met bloemen bedekten boom geschoten, hoewel zij in den regel afzonderlijk vliegen."

Azara zag, dat men een Soeroekoea door een stokslag naar beneden liet tuimelen van de twijg, waarop zij zat, en ook van den Pompeo houdt de Prins Von Wied dit voor mogelijk. Op een middelmatig hoogen tak, die een vrij uitzicht verschaft, zitten beide Vogels uren lang onbeweeglijk met ingetrokken hals en slap naar beneden hangenden staart op Insecten te loeren.

"Voorzichtig," zegt de Prins Von Wied, "steeds achter dichte struiken of stammen verborgen, nadert de jager sluipend een gezelschap van deze Vogels en doodt er dan soms verscheidene door één schot. Daar zij, zooals reeds opgemerkt werd, gedurende het vliegen of als zij verontrust zijn, altijd hun luide stem laten hooren, weet de jager, waar zij zich ophouden.

"Terwijl men de rivieren der kustwouden bevaart," zegt de Prins Von Wied, "ziet men deze prachtige Vogels, die onmiddellijk kenbaar zijn aan hun stem, hun grootte en hun langen staart, zich met de groote, lange vleugels langzaam door de hooge, donkerblauwe lucht voortroeien. Hun levenswijze verschilt over 't algemeen niet van die der andere Papegaaien.

Om een levensbeschrijving van de Tapirs te geven, staan ons nagenoeg geen andere hulpbronnen ten dienste dan de mededeelingen van Azara, Rengger, den Prins von Wied, Tschudi, Schomburgk en anderen over de Amerikaansche soorten, want over de levenswijze van den Schabrak-tapir bezitten wij geen uitvoerige berichten.