United States or Morocco ? Vote for the TOP Country of the Week !


O, ik wist het wel, dat de goden van Eleuzis, die ik zoo dikwijls had ingeroepen, mijne bruid en mij hadden behoed, maar ik herinnerde mij ook Clitifo's lieflijken tuin van zilverasters en hoe reeds aan den grens van Thessalië een Isis-priester de weldadige bloemen kweekte, die mij hadden kunnen onttooveren, toen ik op Nausistrata verliefde!

Maar de heilige goden van Eleuzis, wien gij vroom steeds waart in uw hart, gunden mij niet te vroeg erbarmen en hebben gewild, dat gij den heiligen, witten lotus niet weten zoudt... O, Charmides, niet de zilveraster zal u voor altijd onttooveren, hoe schoon en zalig de bloem ook zij!

O, dwaze Charmides, o domme ezel, die zelfvoldaan vertoeft in een marmeren pavillioen bij een bad van porfier en een bed van weelderige kussens.... Kom tot inkeer! Knik van ja! Dat ik je deur open zal breken!? Dat wij, ik op je rug, vluchten zullen van hier! Dat ik je onttooveren zal!

"Dat alles is goed en wel," riep Sancho, "maar ik laat mij noch door mijn eigen noch door vreemde vuist afrossen, en wil mijn heer zijne Dulcinea onttooverd hebben, laat hem haar dan zelf onttooveren en zijne magere schouders zoo bont en blauw slaan, als hij maar verkiest. Ik voor mijn part zal zoo gek niet wezen, om tegen mijn eigen vleesch te woeden."

"Het leger, dat daar in aantocht is, bestaat uit zes scharen beroemde toovenaars, die op een triomfkar de onvergelijkelijk schoone Dulcinea van Toboso medevoeren. Zij nadert betooverd onder geleide van den grijsaard uit de grot van Montesinos, die den edelen Don Quichot de wijze zal mededeelen, waarop hij de hooge prinses Dulcinea onttooveren kan."

Maar ik, heeren! riep Lionel; heb mijne krachten terug erlangd! Ik zal de Kar wederom bestijgen! Lionel! riep Lancelot. Aan mij is nu de beurte de Kar te bestijgen! En die dwerg zal mij voeren tot Camelot, waar ik mijnen Koning kond zal doen en Merlijn de Kar onttooveren zal! Neen! riep Ysabele.

En wanneer wij nu hierbij opmerken dat Bilderdijk, in zijne aanhaling uit het apocryfe boek, ook niet verzuimd heeft op te teekenen, dat onder dien Exaël "de uitvinding der kunst van tooveren en onttooveren, der sterrekunst enz." vermeld wordt, dan valt het in 't oog hoe, in den offerzang der Kaïnieten, de Maan, met bijzonderen zwier van woorden, als eene Hécaté wordt aangeroepen, en men vindt grond tot de veronderstelling, dat ook eenige verdichting aan deze overlevering ontleend den Epos zou versierd hebben.

Charmides, waar is de filter, dien ik je gaf?! O, Charmides, Charmides, hoor mij! Ik zal je deur open breken sterk ben ik en ik zal je rug beklimmen en wij zullen vluchten van hier en ik zal je onttooveren met een heel sterken filter en wij zullen gelukkig zijn, ver van de menschen, op de rotsen, in de wouden, op de bergen! Ik weet de wondere plaatsen! Charmides, zeg mij, wil je?

Ik wist van u af en ik wachtte u af, zoo ge niet reeds vroeger zoudt onttooveren, door de bloem, die ik vele malen ontluiken deed op uw weg.

De godsdienst van deze volken is eigenlijk niet anders dan een dienst der voorvaderen, aan wie bij elke volle maan offers worden gebracht van koeken en honig; alle stammen bezitten een toovenaarster, die de zieken moet onttooveren en die door gebeden en tooverkunsten de tegenwoordigheid der booze geesten moet voorkomen.