United States or Algeria ? Vote for the TOP Country of the Week !


LEANDER. Wel nu, zyt gy ’t niet die de hand Dorst aan myn dienaar slaan, Mejuffrouw? en de Heeren Zo stout uittartten, en ons dorst zo stout braveeren? Uw naam? IZABEL. Is Izabel. LEANDER tegen Wouter. Schryf. En hoe out? IZABEL. Myn Heer, ’K heb achtien jaaren. JERONIMO. Laat eens zien, een weinig meer; Doch ga maar voort. LEANDER. Zyt gy getrouwt, of haat gy ’t trouwen? IZABEL. Neen, Heer.

Mijne kleindochter heeft veel goeds, dat mag ik met waarheid zeggen, maar zij heeft zoo hare eigenaardigheden; zij kan wel eens wat brusk uitvallen en heeft zekere zucht om alles te wagen en alles te braveeren, die haar al menige ongelegenheid heeft berokkend, al menige vijandschap op den hals gehaald heeft; ik vreesde dat er tusschen u en haar iets voorgevallen was, dat zij nu trachtte goed te maken, zooals dat haar meer gebeurt."

Het beste was maar "voir venir" en handelen naar omstandigheid. Het veni, vidi, vici, zou hier toch niet te pas komen. Menig ander ware wellicht niet eens op de conquête uitgegaan na een soireetje zooals ik had moeten bijwonen; maar nu de nevelen van den nacht wat opgeklaard waren, voelde ik mij, ondanks alles, geprikkeld door iets dat sterker was dan alle vooroordeel. Het spreekt wel vanzelf, dat ik mijne eer hoog genoeg houde om met Cesar te zeggen, dat mijne vrouw onverdacht moet zijn; onbesproken is de arme Majoor Frans zeker niet, maar als de verdenking eens bleek niet op deugdelijke gronden te berusten, als men die logenstraffen kon, door de feiten tot hunne rechte proporties terug te brengen, dan, ik vroeg het mij zelven af in die verhängnissvolle ure, is het dan niet de plicht van een edelman om de publieke opinie te braveeren waar zij dwaalt, en met der daad haar den rechten weg te toonen? Is zulk een triomf niet een meer waardige dan het schuchter terugwijken voor de meening van wie weet wien? die zich door wie weet w

Een gehuil van woede, een storm van bedreigingen barstte in dit oogenblik over den jeugdigen marine-officier, die de Zuidelijken zoo in het aangezicht durfde braveeren, los. »Ter dood!" »Hang hem op!" »Vierendeel hem!" Dergelijke liefelijke kreten kruisten elkander allerwege. Den Spanjaard gelukte het eindelijk, na zeer veel moeite, de volkswoede in bedwang te houden.

Bij de eerste bedreiging had de jongeling zich schrap gesteld, zijn mes met de rechterhand op de hoogte van het aangezicht brengende ten einde allen aanval af te wenden en met de linkerhand het meisje van zich afwerende, dat hem wilde tegenhouden. Niemand der omstanders durfde hem van voren braveeren; doch sommigen poogden hem van achteren te bespringen en zijn arm te grijpen.

"Verschoon de oprechtheid: een weinig door eigen schuld, naar ik vermoed. Eene vrouw behoeft geene apin te worden, die iedere mode nabootst; maar zij speelt toch een gevaarlijk spel, met zich al te stout te verheffen tegen het aangenomen gebruik, en de publieke opinie te braveeren."

"Dat bedoel ik ook niet; alleen die wordt behaald door echt vrouwelijke middelen: niet met alles te braveeren met een air de matamore aan te nemen, maar met haar invloed te laten gelden, met zoetjes en zachtjes aan telkens eene schrede te winnen, met te behagen en zich beminlijk voor te doen; dit zijn, geloof mij daarin, de beste wapenen in zulken strijd, en die vrij wat zekerder doel treffen dan het inroepen van rechten en de eisch der gelijkstelling die door sommigen uwer zoo onvoorzichtiglijk wordt gedaan, en die op de bitterste teleurstelling zal uitloopen, zoo zij eenmaal wordt ingewilligd!"

"Het schijnt dat zij het op ons hebben voorzien," zeide de jager, zijne karabijn ladende. Inderdaad zij naderden, en meer dan een kwam op nauwelijks vijftig voet afstands en scheen de wapens van Kennedy te braveeren, "Ik heb machtig grooten lust op hen te schieten," zeide deze. "Neen, Dick, laat ons ze niet woedender maken. Dat zou hen aansporen om ons aan te vallen."

De oorzaak van deze verandering is dit: »'t Is gebeurd ten tijde dat veel verscheidene Natiën, gelijk de Friezen, in 't H. Land waren getogen, om hetzelve uit de handen en het geweld der Saracenen of Turken te verlossen, dat onder anderen verscheidene Edellingen uit Friesland, ook die van het Geslacht van Roorda, met de menigte aldaar zijn geweest, onder welke zoo het gebeurde, tusschen de beide heiren van de Christenen en Saracenen, dat er een uitnemend groot, stout en vaillant Moorsch Prins was uit het Saraceensche heir, die voor het Christen-leger zeer hoogmoedig ging braveeren, uitdagende aldaar een van de vaillantste Ridderen der Christenen, om met hem een kampslag te slaan; zoo heeft er terstond een stoutmoedige edele Fries uit het geslacht van Roorda verlof van zijnen Prins begeerd, om met dezen man een kampslag te doen; 't welk hem toegestaan zijnde, is hij in het aanzien van beide legers tegen dezen Moor in het veld getreden, en heeft aldaar zulk eene forsigheid met feiten van wapens bedreven, dat hij ten laatste dezen Moor heeft overweldigd, ter neêr gehouwen en onthoofd, het hooft ook tot een teeken van victorien op de poot van zijn geweer naar het Christen-leger triumphantlijk gebragt; alwaar hij bij alle de Prinsen, Heeren en Ridders zeer loffelijk van zijne stoutmoedigheid zeer geprezen, en mede Ridder geslagen en eerlijk ontvangen is.