Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
Zij beiden stonden op het steenen bruggesken van "het Hemdsmouwken", een zijarmken van de Nethe, dat door het Begijnhof zijn smal waterke kronkelde. Van op het met mos begroeide bruggesken beluisterden zij het dooilied, dat over het Begijnhof zong. Het Begijnhof was oud en innig, dien Februari-morgen; Lichtmis!
O krinklende winklende waterding, met 't zwarte kabotseken aan, wat zien ik toch geren uw kopke flink al schrijven op 't waterke gaan! Gij leeft en gij roert en gij loopt zoo snel, al zie 'k u noch arrem noch been; gij wendt en gij weet uwen weg zoo wel, al zie 'k u geen ooge, geen één. Wat waart, of wat zijt, of wat zult gij zijn? Verklaar het en zeg het mij, toe!
Wat zijt gij toch, blinkende knopke fijn, dat nimmer van schrijven zijt moe? Gij loopt over 't spegelend water klaar, en 't water niet méér en verroert dan of het een gladdige windje waar, dat stille over 't waterke voert. o Schrijverkes, schrijverkes, zegt mij dan,– met twintigen zijt gij en meer, en is er geen een die 't mij zeggen kan:– Wat schrijft en wat schrijft gij zoo zeer?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek