United States or Tonga ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het laatst komen de Pijlstormvogels, de Puffins der Engelschen (Puffininae), aan de beurt, hoewel zij tot de meest begaafde leden van hun familie behooren. Den slanken snavel, met benedenwaarts gebogen bovenkaak- en onderkaakspits, hebben zij met de Zwaluw-stormvogels gemeen; hunne neuskokers zijn vaneengescheiden door een breeder tusschenschot dan bij de echte Stormvogels. Hoewel ook zij de zee niet anders dan in den broedtijd verlaten, komen zij vaker en nader bij het land dan hunne verwanten, en bezoeken niet zelden b.v. de havens. Gewoonlijk tot troepen van 8

De twee kanalen, die als voortzettingen van de beide afdeelingen der neusholte zich door de geheele slurf uitstrekken en door een uit bindweefsel en spiervezels bestaand verlengstuk van het kraakbeenig neusmiddelschot vaneengescheiden zijn hebben een vrij gelijkmatige wijdte tot dicht bij het midden van het tusschenkaaksbeen, hier kunnen zij vernauwd worden, zoodat de vloeistof, die in de slurf is opgezogen, niet verder kan doordringen.

Gelijk in jaren en omstandigheden en noodlot, wapenbroeders sedert hun prilste jeugd, en op al hun tochten nimmer vaneengescheiden, waren Reinout en Deodaat door de nauwste vriendschapsbanden aan elkander verbonden, ja was het vaak of ééne ziel hun beider lichamen bewoonde.

De Lamas onderscheiden zich van de eigenlijke Kameelen echter niet alleen door hun geringere grootte, maar ook door den betrekkelijk grooten, achterwaarts sterk teruggedrukten kop met spitsen snuit, groote ooren en oogen, dunnen, schralen hals, hooge en slanke pooten, welker teenen verder vaneengescheiden en slechts met onbeduidende eeltzolen voorzien zijn, voorts door het lange, wollige haarkleed.

Onze Pestvogel bewoont het noorden van Europa, Azië en Amerika. De uitgestrekte wouden in het noorden van ons werelddeel, die uitsluitend uit sparren of uit sparren en berken bestaan, moeten als het eigenlijke vaderland van dezen Vogel aangemerkt worden; hij verlaat ze alleen dan, wanneer buitengewoon hevige sneeuwbuien hem er toe noodzaken. Eigenlijk is hij een Zwerfvogel, die zich 's winters beweegt binnen een beperkt gebied, welks grenzen hij wegens gebrek aan voedsel soms overschrijdt, waardoor hij dan op een trekvogel gelijkt. In alle verder noordwaarts gelegen landen komt hij veel geregelder voor dan in Nederland en Duitschland. Reeds de Russische en Poolsche wouden en de bosschen van het zuiden van Skandinavië bezoekt hij bijna iederen winter. Hier te lande en in Duitschland vertoont hij zich zoo ongeregeld, dat het volk een getal, waaraan het een geheimzinnige beteekenis toekent, ook op hem heeft toegepast: men beweert, dat hij slechts om de zeven jaren verschijnt. De jaren, waarin hij bij ons in zeer grooten getale overwintert, zijn echter vaneengescheiden door tijdperken van zeer ongelijken duur, waarin slechts enkele voorwerpen tot ons overkomen. Zoo was hij zeer menigvuldig in 1847, 1849 en 1851, zeer zeldzaam in alle volgende jaren. In December 1892 verscheen hij voor 't eerst weer in kleine vluchten in de oostelijke provinciën. In Januari en Februari 1893 kwam hij zeer algemeen voor in nagenoeg alle gewesten van ons land: niet zelden werden vluchten van 30

Op de Kanarische Eilanden vangt men ze gewoonlijk in een soort van knipkooi, bestaande uit twee naast elkander gelegen afdeelingen, die als vallen dienst doen en ieder voorzien zijn met een dichtslaand deksel dat door een licht verplaatsbaar stelhoutje open wordt gehouden; deze vallen zijn vaneengescheiden door een in 't midden aanwezige kooi, waarin zich de lokvogel bevindt.