Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 juli 2025


We zullen zien wat deze neiging tot slaap berokkend heeft aan de Lebaksche Afdeeling, aan Havelaar, en aan den Javaan Saïdjah, tot wiens eentonige geschiedenis één onder zeer velen! ik thans overga. Ja, eentonig zal ze wezen!

Saïdjah bedoelde evenwel niets kwaads daarmede. Hy zei 't maar omdat hy 't zoo dikwyls had hooren zeggen door anderen, als ze ontevreden waren over hun buffels. Maar hy had het niet behoeven te zeggen, want het baatte niets: zyn buffel deed geen stap verder.

En even als deze haar vreugde schildert door eigenwillige herinnering aan de voorbygegane smart, by 't vertoonen van wat ze bewaarde als aandenken gedurende het afzyn, liet ook Saïdjah zich vermaken door 't weerzien van zoovele plekken die getuigen waren van zyn kort leven.

Toch werd het allengs lichter en lichter om hem heen. Hy zag reeds het landschap, en reeds kon hy de kuif onderscheiden van het klappa-boschje waarin Badoer verscholen ligt ... daar sliep Adinda. Neen, ze sliep niet meer! Hoe zou ze kunnen slapen? Wist ze niet dat Saïdjah haar wachten zou? Gewis, ze had niet geslapen den ganschen nacht!

Weldra lachte hy niet meer zoo akelig, maar toch sprak hy niet. Alleen 's nachts werden de hutgenooten opgeschrikt door zyn stem, als hy toonloos zong: "ik weet niet waar ik sterven zal" en eenige bewoners van Badoer legden geld tezamen, om een offer te brengen aan de boaja's van den Tjioedjoeng voor de genezing van Saïdjah, dien men voor zinneloos hield. Maar zinneloos was hy niet.

Hier werd hy in de gevangenis geworpen omdat men hem voor krankzinnig hield, wat zoo onverklaarbaar niet zou geweest zyn, en omdat men vreesde dat hy in een oogenblik van matah-glap, misschien amokh maken of andere verkeerdheden begaan zou. Maar hy was niet lang gevangen, wyl hy kort daarop stierf. Wat er geworden is van de broertjes en zusjes van Saïdjah, weet ik niet.

Het huisje dat zy bewoonden te Badoer, stond eenigen tyd ledig, en spoedig viel het in, daar 't slechts van bamboe gebouwd was, en gedekt met atap. Een weinig stof en vuil dekte de plek waar veel geleden werd. Er zyn veel zulke plekken in Lebak. Saïdjah was reeds vyftien jaar, toen zyn vader naar Buitenzorg vertrok.

En toch was dit myn voornemen niet, toen ik begon over Saïdjah te spreken. Want aanvankelyk vreesde ik, sterker kleuren noodig te hebben om den lezer te treffen by 't beschryven van zoo vreemde toestanden. Gaande-weg echter gevoelde ik dat het een beleediging voor myn publiek wezen zou, te gelooven dat ik meer bloed had moeten brengen in myn schildery.

Zou hy opstaan en naar Badoer gaan? Neen! Mocht het schynen alsof er twyfel was aan haar komst? Als hy den man riep die daarginds zyn buffel naar 't veld dreef? Die man was te ver. En bovendien Saïdjah wilde niet spreken over Adinda, niet vragen naar Adinda ... hy wilde haar weerzien, háár alleen, háár het eerst! O zeker, zéker zou ze nu spoedig komen! Hy zou wachten, wachten ...

De buffel keerde gewillig om als hy aan 't eind was van den akker, en verloor geen duimbreed gronds by het terugploegen van de nieuwe voor, die altyd naast de oude lag als ware de sawah een tuingrond geweest, geharkt door een reus. Daarnaast lagen de sawahs van Adinda's vader, den vader van 't kind dat met Saïdjah huwen zou.

Woord Van De Dag

dompelende

Anderen Op Zoek