United States or Indonesia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ontkend worden kan het niet, dat de goede uitslag van den tocht voor geen gering deel aan Martin Alonzo Pinzon te danken was. Hij was een van de eersten in Spanje, die de plannen van Columbus naar waarde kon schatten. Met zijn geld en zijn persoonlijken invloed ondersteunde hij den armen avonturier krachtig, en even belangrijk was zijn hulp bij de aanschaffing en uitrusting van schepen.

De Spanjaarden lieten zich hierdoor misleiden en toen ze zich meer verdeeld hadden, deden de Wilden zulk een' verwoeden aanval met hunne pijlen, dat acht der Spanjaarden gedood werden, ja, eene der booten viel den Wilden zelfs in handen. Pinzon zag wel in, dat er op eene kust waar de bewoners zoo machtig en tevens zoo vijandig gezind waren, geene kans bestond om eenigen ruilhandel te drijven.

Daar het vaartuig op de reis echter veel geleden had, zag hij van dat plan af, en besloot hij, de reis naar de residentie over land te maken. Aan den avond van denzelfden dag kwam ook de »Pinta« te Palos aan. Voortgejaagd door den storm, of met opzet Columbus vooruitgezeild, was Martin Alonzo Pinzon toch zóó afgedwaald, dat hij te Bayonne in Frankrijk aangekomen was.

Toen een van de Indianen van San Salvador, die op De Nina was, waarop Vincent Yanez Pinzon bevel voerde, op een kleinen afstand een groote kano zag, die vol inboorlingen was, sprong hij in zee, en wist door zoo vlug als een visch te zwemmen, te ontsnappen en werd door zijn landslieden opgenomen.

Pinzon gehoorzaamde aan een wenk van den admiraal, en volgde hem in een kleine baai ten westen van Monte Christo, waar beide schepen ankerden. Pinzon verzon een flauwe verontschuldiging voor zijn wegloopen, en schreef het aan het weer toe. Ofschoon Columbus zich daardoor niet liet misleiden, oordeelde hij het toch maar 't verstandigst de zelfverdediging aan te nemen.

Zelfs een Koninklijk besluit, dat ieder, die aan dezen tocht deelnam, twee maanden na zijne thuiskomst voor geen enkel misdrijf, ja, voor geene enkele misdaad zou gestraft worden, kon de zeelieden niet bewegen, Columbus te volgen. Eindelijk had hij het geluk, om in de gebroeders Pinzon, zoons van een aanzienlijk geslacht, dat te Palos woonde, hulp te verkrijgen.

Terwijl de ontdekkers vol verwondering op den breeden mond van dien reuzenstroom staarden, vertoonde zich op eenmaal een zeer vreemd natuurverschijnsel. Eensklaps rees de vloed meer dan vijf vademen; hooge golven dreigden de scheepjes in den grond te slaan, en er werd een vreeselijk geluid vernomen. Gelukkig ontkwamen Pinzon en de zijnen dat dreigende gevaar.

Pinzon gaf hiervan aan Columbus terstond bericht, en nu redeneerde deze: »Als vier dagreizen van deze rivier Cubanacan gevonden wordt, dan is dat niet het eiland Zipangu, maar dan hebben we het vasteland van Azië vóór ons, en bevinden we ons in de nabijheid van het machtige Tataarsche rijk Kataï

Hij vreesde dat Pinzon plan had, om zoo spoedig mogelijk naar Spanje terug te keeren, de groote ontdekking bekend te maken, en zelf de eer te ontvangen, die het bericht van zulk een belangrijke gebeurtenis hem stellig geven zou. Den vluchteling te vervolgen was nutteloos. De driftige en teleurgestelde admiraal keerde naar Cuba terug.

Columbus wendde het roer, om naar de haven terug te keeren, en beduidde de andere schepen evenzoo te doen. Pinzon sloeg er geen acht op. Hij ging van de beide andere schepen weg, en besloot een kruisvaart op eigen hand te doen. Toen de morgen van den 21en daagde, was De Pinta nergens te zien. De ergernis van Columbus was groot.