Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 mei 2025
Simon, de zoon van Panaitios, was door eenige onbereden Sagartische ruiters, die uit fourageeren waren en wier nadering hij door de weekheid van het terrein niet bespeurd had, met hun nationaal werptuig, den lazzo, gestrikt. Simon was gebracht naar het hoofdkwartier, de tent van Datis, een Meder, die met den jongeren Artaphernes, zoon van den stadhouder te Sardes, het opperbevel voerde.
Z. ook Paeonius. Panaetius, Panaitios, van Rhodus, zoon van Nicagoras, geb. omstreeks 180, genoot te Athene het onderwijs van Diogenes den Babyloniër en Antipater van Tarsus.
Het was een meesterlijk schot en in het hart getroffen viel zijn slachtoffer met een lichte trilling dood neder. Het lijk werd weggebracht; niemand sprak een woord; men beschouwde de willekeur van des konings plaatsvervanger als eene geheel natuurlijke zaak. Wederom richtte Datis zich tot den Athener en sprak: «Simon, zoon van Panaitios, gij kunt gaan.
En ziet! de beide jongelingen hadden zich, na het godsdienstig feest te hebben bijgewoond, in den tempel ter ruste gelegd en waren niet ontwaakt. Aldus had Hera de bede der moeder verhoord. Datis peinsde een oogenblik en sprak: «Ik dank u, Simon, zoon van Panaitios, voor uw schoon verhaal.
De Athener Simon, zoon van Panaitios, had het bijster druk op den voorlaatsten dag der Panathenaien van het jaar 491 v. C. Hij had, in zijne hoedanigheid van commissaris voor den optocht, die den volgenden dag gehouden zou worden, allerlei teleurstellingen gehad en van den een naar den ander moeten draven.
Of hij aan Demetria behaagde, kwam daarbij minder ter sprake; volgens Atheensche gewoonte werd 's meisjes gevoelen hierin niet gekend en aan Demetria eenvoudig medegedeeld, dat zij over eenigen tijd in het huwelijk zou treden met Simon, den zoon van Panaitios, welke mededeeling zij zonder tegenzin en zonder blijdschap ontvangen had.
Datis hoorde het verslag der gevangenneming oplettend aan, waarop de Sagartiërs, na Simon van den lazzo bevrijd te hebben, met hun geleider verdwenen. «Hoe is uw naam?» vroeg Datis na hun vertrek in tamelijk zuiver Helleensch. «Simon, zoon van Panaitios.» «Gij komt uit het kamp der Atheners?» «Ja.» «En met welk doel?» «Om het Perzische kamp te verkennen.»
Vooraf behoorde een symposiarch, die de leiding daarvan op zich nam, gekozen te worden en het lot wees den zoon van Panaitios daartoe aan. «Een dronk op den goeden geest,» aldus begon hij en allen ledigden een beker ongemengden wijn op Dionysos, den schenker des wijnstoks, waarop drie plengingen plaats hadden ter eere van de Olympische goden, de heroën en den reddenden Zeus.
«Dat is Kynaigeiros, Aischylos broeder,» zeide Straton. «De dichter zelf heeft den dood van nabij aanschouwd doch is met een zware wonde vrijgekomen.» «Kynaigeiros sneuvelde bij den aanval op de schepen, die ons de meeste dooden kostte. Ook de polemarch Kallimachos en Simon, de zoon van Panaitios, lieten er het leven.» «Het graf der helden is het gansche heelal; ons rest slechts hen te benijden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek