Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 31 mei 2025


Langs den rand van dit ijs trachten de walvischvangers vooruit te komen, en de verstandigen onder hen laten het ook niet los, voor ze aan de noordzijde van de baai in open water zijn gekomen. Aan den rand van het landijs vormen zich vaak natuurlijke dokken, waar de schepen zich in veiligheid kunnen stellen, als het drijfijs aankomt.

Aan het eind van de haven, waar die aan zee uitkomt, wordt dezelve aan de zuidzijde beschermd, door het Fort Notre Dame de la Garde, dat op den top van een' heuvel ligt, en een gedeelte van de reede bestrijkt, en lager door de citadel St. Nicolas. Aan de noordzijde is hare ingang gedekt door het Fort St. Jean.

Dadelijk weer naar boven; wij treffen een schitterend uitzicht; in het Noorden zie ik de meervlakte met de rivieren en zelfs duidelijk de randgebergten, die de meervlakte aan de Noordzijde begrenzen, zooals: Van Reesgebergte, Gauthier-, Foja-, Karamoor- en Cycloopgebergte. In het Zuiden en Westen bevindt zich een diep ravijn, waarin een bergrivier naar de meervlakte stroomt.

In de tweede week van Augustus leverden de vallen een paar keer iets anders op dan die honden, iets veel nuttigers. Het waren eenige van die wilde zwijnen, die zij reeds aan de noordzijde van het meer bespeurd hadden. Pencroff behoefde ditmaal niet te vragen of die dieren eetbaar waren. Dit kon men gemakkelijk zien aan hunne overeenkomst met het Amerikaansche en Europeesche varken.

Zooals Columbus dacht, was het ook. Op 15 mijlen afstands zag men de Azoren. Spoedig echter stak de wind weer op, en wakkerde hij tot een nieuwen storm aan. Tegenwind dreef hen terug, en eerst aan den avond van den 17en kon men aan de noordzijde van het eiland St. Maria, het zuidelijkste eiland van de Azoren, het anker uitwerpen.

Verder vindt men in het koor der kerk, aan de noordzijde van het vorstelijk Praalgraf, een eenvoudig, doch sierlijk monument ter eere van den grooten staatsman, geleerde en dichter Hugo De Groot, het "Delftsche orakel", van wien Brandt roemde: "O Delf, benij geen Maes den grooten Rotterdammer, De Groot is ruim soo groot.

Toch is deze man geen soldaat van beroep; hij woont te Baïtz en komt van Njégosch, waar hij den nacht heeft doorgebracht. Veertig minuten nadat wij den top van den Kerschmach verlaten hebben, komen wij aan een klein dorp, in een halven cirkel gebouwd tegen de helling aan de noordzijde der vlakte. Wij gaan langs eene uiterst eenvoudige kerk, zonder eenige versiering hoegenaamd.

Waar in onze dagen het oog van den wandelaar, rust op eene aaneenschakeling van weide- en bouwland, van elkander gescheiden door met bosch omzoomde wijken, rustte het zijne op eene breede watervlakte, wellicht een twintigtal morgens groot, golvende tusschen hooge oevers van donkerbruin veen, hier en daar bezet met boekweit en aan de noordzijde begrensd door een lagen dijk.

Als hij zoo sprak luisterde zij gaarne en met belangstelling toe, terwijl zij overdag van de reede aan de noordzijde met hem een eind de zee invoer, of in de lange winteravonden netten breide, een kunst die zij van Dione had geleerd.

Van uit het bivak, dat ten 2 uur 30 min. gemaakt wordt, wordt in noord-noord-westelijke richting bergland gepeild op naar schatting 40 KM. afstand; dit moeten toppen van het Van Reesgebergte zijn, die de meervlakte aan de noordzijde begrenzen. 2 Juli.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek