Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juli 2025


Dan laat men de groote bramen er eenige minuten zacht in medekoken, neemt ze er uit, en laat het sap nog wat verdikken vóór dat men het over de vruchten giet. Compote van moerbeziën. Men zet rhijnwijn, met suiker en wat geraspte citroenschillen, te vuur, legt er de moerbeziën in en handelt volgens No. 19. Compote van blaauwe of boschbessen.

De paarlgarst wordt met kokend water, met een stukje boter en met eenige citroenschijven, waardoor zij zeer wit en spoedig zacht wordt, op het vuur gezet, met weinig nat er op, terwijl men er telkens kokend water bijgiet, zooveel als het noodig is om uit te dijen. Zoo kookt men ze langzaam gedurende twee uren, en doet er dan goed gewasschen rozijnen bij, die men nog één uur laat medekoken.

Het wordt in varkensdarmen gestopt, en men laat bovenaan, met het toebinden, een paar vingersbreed ledige ruimte, voor het uitdijen van de lever. Daarna legt men de worsten een half uur in kokend water met zout, en laat ze daarin medekoken, terwijl men ze gedurig met een gladden houten lepel zachtjes moet onder houden, omdat zij anders ligt barsten.

Gedurende het laatste kwartier wordt het volgende er bij gedaan: morieljes, volgens A, No. 10, zwezerik, volgens A, No. 13 geprepareerd, aspersiekoppen, saucijzen, in gezouten water of bouillon gaar gekookte balletjes, en bij het opdoen oesters, die niet mogen medekoken, daar zij hierdoor hard zouden worden.

Zoo laat men het een nacht toegedekt staan; den volgenden dag maakt men het sap aan de kook, legt de stukken vruchten er in en laat ze een oogenblik medekoken, tot zij eenigzins doorschijnend, maar toch niet week worden. Daarop legt men ze in de flesch, kookt het nat tot stroop en giet het koud over de vruchten.

Indien men soms genoodzaakt is om deze hoofdkaas in een ijzeren pot te koken, dan moet men, om er geen ijzersmaak aan te krijgen, den azijn en de citroen slechts gedurende de laatste 5 of 10 minuten laten medekoken. Kalfscôtelettes. In elke côtelette moet een rib zijn, die echter niet te lang mag uitsteken.

Als dit alles kookt, schudt men de gesneden tong er in en laat die nog een kwartier zachtjes medekoken. Men kan er ook kleine gehaktballetjes bijvoegen, doch die moeten afzonderlijk in water met zout, of in wat tongennat gekookt zijn, omdat zij in de gebonden saus te stijf zouden worden. Naar verkiezing kan men er morieltjes, geprepareerd volgens A No. 10, of champignons volgens A No. 12 in koken.

Men zet het hoen met het hart en de maag er bij, in het water op: men voegt er een weinig zout bij en laat het dan op een levendig vuur koken, schuimt het, giet den bouillon door eene zeef, doet er wat gebrand meel en eene kluit boter ter grootte van een kippenei in en kookt ze dan, goed toegedekt, zacht maar onafgebroken, gedurende 3 uren, de lever mag alleen de laatste 5 minuten medekoken.

Broodballetjes. 6 1/2 l. boter wordt gesmolten; men roert er 2 eijerdoijers, wat foelie, gehakte pieterselie, 2 1/2 o. geweekt en goed uitgedrukt wittebrood, benevens het geslagen eiwit door. Men maakt er kleine balletjes van en laat die 5 minuten langzaam in de soep medekoken. Mergballetjes.

Dan neemt men voor 5 o. vruchten, 3 o., 7 1/2 l. suiker, die men met wat wijnazijn en wat water kookt, en hierin laat men de stukjes, bij kleine gedeelten te gelijk, zoo lang medekoken, tot zij eenigzins doorschijnend zijn geworden.

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek