Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 mei 2025


Misschien mejuffrouw! viert het uitschot der oneindig kleinen een bacchanaal op uw smetteloozen hals; misschien hooggeleerde! gaat er een rei van dartele ijdeltuitjes ten dans in de plooien van uw kin! Ba! het is afschuwelijk! Hoe dit gebroed afgeschud? Hoe dit krioelend heelal ontloopen?

Eenige dagen verliepen zonder dat er iets vernomen werd; toen verscheen tegen den avond de gouvernementsstoomer, de Zwaluw, weer op de reede, krioelend van passagiers van het veel grootere schip, die allen op dien stoomer waren overgegaan. Onder hen waren ook de enkele eerste klasse passagiers, waaronder mijn administrateur met zijn huisgezin. De verhalen van het ongeval waren zeer eensluidend.

Ze herdichtte den pronten morgen, vol zonne en klare droogte, de levende stad, het levende volk daar krioelend langs luidelijke straten, al het geruchte, dat deugddoende was, en dan, bij Romaan en Madeleen, de vrije, heldere huiselijkheid. Ze zag Wiezeken; ze had Wiezeken danig lief.

Dooreen krioelend, elkaar duwend en dringend liepen daar bedienden met vrachtjes vleesch en kippen, in 't wit gekleede studenten, mannen en vrouwen, op gevaar af van overreden te worden door de vele rijtuigen en karretjes, die in weerwil van 't tabi-geroep der koetsiers zich te nauwernood een doortocht konden banen.

Want van de kruin knabbelen herten de knoppen, aan de wortels knagen de kaken van Nijdhaag, den draak. En Knaagtand, de eekhoorn, rent op en weer neer staag langs den stam, woorden van Arend, die hoog in den top zit, vertelt het aan Nijdhaag, den draak. Meer monsterige maden dan menig man meent woelen krioelend om den voet van Schrikesch.

De koeien, die heel den ochtend in de wei gegraasd hadden, stonden of lagen nu rustig op een versch strooleger in hun hokken te herkauwen; het jong goed: de runders en de kalveren liep in afzonderlijke hokken los en kwam nieuwsgierig naar Rozeke kijken; en in het varkenshok lag de dikke zeug wellustig met gesloten oogen in een hoek te kreunen en te knorren, omringd door al haar wroetelende jongen, als door een krioelend troepje van spiernaakte, roze menschenkinderen, die af en toe met schrille gilletjes elkaar verdrongen om te zuigen.

Om sierlijk goud te smeden schiepen zij dwergen, die den vochtigen grond onder de groene aarde met gangen doorgroeven. Gierig vergaderden zij het goud, in vlammende vuren smeedden zij kunstige schatten, en kropen krioelend door de steenen aardezalen rond. De goden haalden Goudschat in hunne hooge hallen en smolten haar en brandden haar driemaal. En driemaal gebrand werd zij driemaal herboren.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek