United States or Republic of the Congo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daarbij zijn ze ook forsch en gebruind, stevig van bouw; ze dragen het hoofd hoog; hun baard is goed geschoren, hun kleeding onberispelijk, hun zindelijkheid tot bij het kleingeestige af.

Hij deed een schrede, sloot werktuiglijk de deur achter zich dicht en bleef toen staan, het tooneel vóór zich beschouwende. 't Was een tamelijk groote, flauw verlichte ruimte, nu druk en levendig, dan weder doodstil, met de geheele inrichting van een crimineel proces, met zijn kleingeestige en sombere deftigheid voor 't oog der menigte.

In m'n Divagatien over zeker soort van Liberalismus nam ik de vrijheid heel ongepast uittevaren tegen de kleingeestige schoolmeestery die onze letterkunde beheerscht, of liever: die in ons land zoo onbeschaamd de plaats der letterkunde inneemt.

Den handel werkten de Engelsche Regeering en het Koloniaal Bestuur door allerlei hooge belastingen tegen, en het binnenlandsche verkeer kwijnde onder tal van lastige en kleingeestige maatregelen. Hadden de Kolonisten kleederen, gereedschappen, werktuigen of voorwerpen van huiselijk gebruik noodig, dan mochten ze die uit geen ander land laten komen. In Engeland moesten ze alles koopen en verkoopen.

Hij kijkt altijd in zijn boek, en hij doet altijd valsch en dan heeft hij den naam van zoo knap, vervolgde de naijverige, kleingeestige Kees, en ik zal het van iedereen zeggen, daar ik het van zie! Kees was algemeen gehaat en als de gelegenheid zich voordeed, barstte gewoonlijk die veete van alle kanten los.

De practijk onzer vaderen was streng; streng bovenal op het punt van eerlijkheid. Een Hollandsch koopman stond in alle landen en op alle markten als de belichaamde soliditeit bekend. En wat nering dreef of zaken deed in onze aloude republiek, zon letterlijk, soms tot in het kleingeestige toe, op stipte, strenge nauwgezetheid in levering van waar en betaling van schulden.

In 't weelderige Capua, waar hij met zijn leger den winter doorbracht, werden zijne krachtige krijgers ontzenuwd; kleingeestige naijver in zijne vaderstad liet het hem aan de noodige hulp ontbreken, terwijl Rome eene kracht en vastberadenheid ontwikkelde, geëvenredigd aan het gevaar, waarin het verkeerde.

En toen de oude Jörgen eerst den smaak beet kreeg van deze inkomsten, verkregen zonder moeite en bijna zonder risico, gaf hij zijn dwaze kleingeestige voorzichtigheid op en werd bijna nog begeeriger dan zijn zoon om met die schitterende zaak van Lövdahl aan den gang te gaan, waar zooveel goud uit vloeide.

Maar zijne kleingeestige ijdelheid was voldaan, indien hij deze hulde van zijne onmiddellijke onderhoorigen en van de Saksers, die hem naderden, ontving.

Ofschoon hij gemeend had zich de juiste voorstelling van het huwelijksleven gemaakt te hebben, had hij zich toch, zooals de meeste mannen, daaronder slechts een liefdesgenot gedacht, dat niemand hinderlijk was en waarvan geen kleingeestige zorgen afleiden konden. Naar die voorstelling wilde hij zijn arbeid verrichten en daarvan uitrusten in het geluk der liefde.