United States or Belize ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dit dwepend verlangen wordt nog sterker tegen het twintigste jaar, als zij de eerste teleurstellingen des levens heeft ondervonden, en nooit sterft dat liefdes-verlangen geheel weg uit haar ziel, terwijl de man op zijn dertigste jaar de liefde voor iets kinderachtigs, onmogelijks of belachelijks houdt."

In dit alles is overdrijving, overdrijving die schade doet aan het pittoreske en, het moet gezegd worden, over het algemeen en op den duur den indruk maakt van iets kleingeestigs en kinderachtigs.

Gezelschapsspelletjes, waarin wel veel kinderachtigs steekt maar toch ook dezelfde belangstelling voor psychologiese en morele kasuistiek die steeds de toon is aan blijven geven in de Franse salons van Marguérite de Navarre tot de tijd van de Précieuses en van de dagen van Marivaux tot die van Bourget.

Ik laat nu daar, in hoever deze logisch-moreele zin hem aangeboren was. Zeker werd z'n afkeer van onjuistheid vreemd genoeg! gevoed door al die lectuur. Dit klinkt te zonderlinger, als men in aanmerking neemt dat slechts 'n zeer klein gedeelte daarvan tot de soort behoorde van den aangehaalden Ivanhoe. Het lydt geen twyfel dat Wouter z'n tyd beter had kunnen besteden, of liever dat dit het geval zou geweest zyn met byna ieder ander kind. Maar z'n natuurlyke inborst dreef hem naast veel kinderachtigs, gelyk we reeds zagen by-gelegenheid der kennismaking met Glorioso om voornamelyk behagen te scheppen in wat ik in Millioenen-Studien "zedelyk rym" noemde. De als dapper geschilderde ridder vocht tot-i overwinnaar of dood was. Alleen doodelyk gekwetsten gaven zich gevangen. Zóó behoort het, en Wouter zou precies zoo gehandeld hebben. De allerschoonste schoone van 't stuk werd door ieder bemind, en de afgewezenen stierven van wanhoop, of lieten zich aanwerven by 'n aan den dood gewyde kohorte. Dat's korrekt! De deugdzamen bleven braaf, trots duivel en hel, en zelfs in-weerwil van de verveling. Wie eenmaal door 'n schryver benoemd was tot model, had geen smetjen op z'n kleed, 't Was de vraag of zoo-iemand buikpyn of jicht hebben kon, en zéker is 't, dat-i in al die boeken nooit jicht of buikpyn h