United States or Greece ? Vote for the TOP Country of the Week !


Als soms Columbus een brief wilde meegeven voor Ovando, dan verzocht hij Columbus dien dadelijk te schrijven, omdat hij gaarne spoedig wilde vertrekken. Columbus schreef een beleefden en verzoenenden brief, beschreef zijn droevigen toestand en verzocht dringend om spoedige hulp. Escobar heesch de zeilen en verdween.

Toch schreef Columbus den brief, en toen Escobar dezen had, vertrok hij, Columbus achterlatende in een' toestand, te ellendig om ze in woorden te schetsen. Inmiddels gingen de opstandelingen met hun ongebonden leven voort, en het gevolg was dat de inboorlingen weigerden, Columbus en de zijnen den noodigen levensvoorraad te verschaffen.

De Spanjaarden wisten niet, wat zij van dit zonderlinge bezoek te denken hadden, en verloren opnieuw alle hoop. Columbus trachtte hen te bemoedigen door de verzekering, dat er weldra schepen zouden komen, om hen weg te halen. Met Escobar, zeide hij, wilde ik niet gaarne meegaan, en het schip was ook te klein om allen op te nemen, zoodat hij dan nog maar liever bleef om hun lot te deelen.

Hoe groot moet zijne teleurstelling geweest zijn, toen hij in Escobar een' zijner vijanden en een' aanhanger van Roldan herkende, die hem uit naam van den Onder-Koning een stuk spek, een vaatje wijn en een' brief gaf. De Ovando beloofde in dien brief hulp te zullen zenden en verwachtte van den Admiraal bericht of hij ze nog begeerde. Het grensde aan spotternij, zoo niet erger.

Na lang en nutteloos wachten zond hij een vroegeren samenzweerder tot Columbus, om eens goed op te nemen in welken toestand hij verkeerde. Deze man, Diego de Escobar geheeten, was een van de saamgezworenen van Roldan geweest. Columbus had hem ter dood veroordeeld, maar Bobadilla had hem genade geschonken. Deze man nu kwam in zijn boot naar de schepen toe, maar aan boord ging hij niet.

Terstond ging hij te voet op weg en legde een afstand van 200 mijlen door de wildernis af. Zoodra hij vertrokken was, zond Ovando het schip uit onder bevel van den oproerling Escobar, die den onverklaarbaren tocht naar den schipbreuklijdenden admiraal ondernam. Wetteloosheid en misdaad brengen altijd ellende voort.

Die tusschentijd was door De Ovando gebruikt geworden om een' zijner gunstelingen naar Jamaïca te zenden, teneinde zich te overtuigen of de Admiraal werkelijk in zulk een' ellendigen toestand verkeerde. Escobar, zoo heette de man, die den dienst van spion moest verrichten, kwam op Jamaïca, en vond daar niet alleen alles zooals Diego Mendez het geschetst had, maar nog veel erger.

Toen Columbus met den toestand van de oproermakers bekend was, zond hij twee van zijn manschappen naar hen toe, om hen in kennis te stellen met het bezoek van Escobar en om hen te verzekeren, dat er spoedig schepen zouden komen om hem te bevrijden. Allen, die terug wilden keeren, beloofde hij vergiffenis en een vrijen overtocht naar Hispaniola met de verwachte schepen.

Rampen van de oproermakers. Strooptocht door het eiland. Irving's getuigenis. Vertelling van de maansverduistering. Vreemde tocht van Escobar. Reisrampen. Het eiland Navasa. Het verhaal van Mendez. Laag gedrag van Ovando. Heldenmoed van Mendez. Einde van den opstand. Hun terugkomst. Dertiende Hoofdstuk. De slottooneelen van het leven. 165 De misdaden van Ovando. Ontvolking van het eiland.