United States or South Africa ? Vote for the TOP Country of the Week !


De kerk zelve heeft niets bijzonders dan enkele mooi bewerkte ijzeren hekken en het groote altaar, waarboven men een wereldbol ziet van zilver, waaromheen zich de symbolische slang slingert. Ook is er een hoog ebbenhouten kruis met de zilveren beelden, in natuurlijke grootte, van den Vader en den Zoon, geschonken door keizer Karel den Zesde.

Zij waren nu weder, zoo te zeggen, gekleed, en "a dressed native is not nice", zooals Mrs. Catt, daarbij de neus optrekkend, opmerkte. Onze mooie, slanke, naakte mannen en vrouwen, met hun glad gepolijste, ebbenhouten huid, alleen met koraalsnoeren gekleed, waren oneindig interessanter.

De graaf Van Bergen zat in zijn hoogen, met rood marokijn leder gevoerden ebbenhouten leuningstoel, op zijn kasteel den Oldenburgh, hetwelk ongeveer op een uur afstands van 's-Gravenhage was gelegen. Met strakke oogen staarde hij in het groote, helder vlammende vuur, welks bestanddeelen, die spoedig in asch zouden verkeeren, bouwkunstig waren opeengestapeld.

In de kamerdiepte stond een ebbenhouten bed, welks ligmat uit riemen van ossenleder was gevlochten. Er boven hing een gouden beukelaar, die glansde als een zon. Antipas ging dwars de zaal door en strekte zich uit op het bed. Phanuel bleef opgericht staan. Hij hief den arm en sprak, als in bezieling: "De Allerhoogste zendt bijwijlen een zijner zonen. Jaokanann is een van hen.

De avond begon juist te vallen, toen een Joodsche bediende de kamer binnentrad, en twee zilveren lampen op tafel zette, gevuld met welriekende olie; de heerlijkste wijnen en de keurigste ververschingen werden tevens door een anderen Joodschen dienaar, op een kleine ebbenhouten tafel, met zilver ingelegd, gezet; want in hunne huizen ontzeiden de Joden zich geene kostbare weelde.

Voor hem stond een ebbenhouten kruis, waar een zilveren christusbeeld aan vastgehecht was en aan welks voet een doodshoofd lag van hetzelfde metaal. Aan elke zijde van den voorzitter zaten op houten schabellen vier, en over hem twee personen, deels in geestelijk, deels in wereldlijk gewaad.

Vere keek op, als ze Francine's lichten stap hoorde kloppen op het houten parket. Haar bleek-ovale gezicht met de diepe blauwe oogen kwam juist opsteken in een smalle zonnestreep, die verder tegen den wand op het ebbenhouten étagère een onyxen naakt-figuurtje zeer zonderling en bijna alleen te beglanzen lag.

"Doet Mijnheer ook aan 't snuiven?" sprak een zwaarlijvig heer, in een zeer uitvoerigen donkergroenen jas en witte pantalon met plooijen, tot Pols, terwijl hij hem eene ebbenhouten snuifdoos voorhield, omtrent van de grootte van een beschuittrommeltje.

Hun geblaf vulde de lucht, hanen kraaiden, bijen bromden, en in den blauwen hemel stond een lenige pluim van kleine witte wolkskens. Pallieter was geroerd door dit fel, heropbeurend leven; hij haalde een ebbenhouten fluit uit den zak en begon er een blij liêken op te spelen dat klaar over de velden trippelde. Het was alsof het de Lente was die zong.

Aan het eene uiteinde van den gang, links, eene met kunstig =stuc= bekleede badkamer, waarin een wit marmeren kuip met zinnebeeldige bas-reliefs; aan het andere uiteinde een boudoir en alkoof, zoo frisch als had de lente het getooid met hare seringen en jasmijnen; in het midden een groot vertrek, tevens eetkamer en salon, waar ebbenhouten meubelen voordeelig uitkwamen bij den gloed van amarantroode overgordijnen, en de vergulde lijsten van spiegels en schilderijen leven schonken aan een behangsel van gebruineerd trijpt.