Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 mei 2025
Enkele van die schaaldieren en gelede dieren bereikten verbazende afmetingen; in de devonische terreinen van Schotland heeft men eene soort pterigotus gevonden, die 1,80 meter lang is en dus de grootste kreeften van onzen tijd overtreft. Behalve de oorspronkelijke visschen en de groote hoeveelheid schaaldieren waren de zeeën bevolkt met veel meer koppootige weekdieren dan thans.
Doch alsof de natuur zich nu eens uitsluitend heeft willen toeleggen op de uitbreiding en ontwikkeling van het plantenrijk, is het dierenrijk slechts weinig vooruitgegaan. De vischsoorten, die aan de devonische periode eigen zijn, zetten zich ook in de steenkoolperiode voort, en worden vertegenwoordigd door de glansschubbigen, waarmede wij reeds kennis gemaakt hebben.
Men vindt ook in de devonische formaties eene meer ontwikkelde vischsoort, den coccosteus. Het achterste gedeelte van het lichaam was bloot; het voorste deel met een stevig schild bedekt.
Enkele voetstappen van kruipende dieren in Pensylvanië gevonden, hebben doen vermoeden, dat zij tot de devonische periode behoord hebben. Niet alleen dat de dieren de sporen van hunnen stap achterlaten aan eenen effenen, slibbigen oever, ook de regen, in groote droppels neervallend, boort in dat slib een aantal ronde holten. Onder den invloed der warmte worden al die sporen hard.
Ganoïden en die Sauropteris, waarin het oog van den kenner der voorwereldlijke organische schepping de eerste vormen van het kruipende dier heeft weten te herkennen. De devonische zeeën werden bewoond door een groot aantal dieren van die soort, die zij bij duizenden achterlieten op de rotsen der nieuwe vorming.
De eerste visschen verschijnen in het water op het einde dier periode, bij den overgang tot de devonische periode, en op de uit de zee verrezen eilanden, die reeds met planten, voornamelijk met wolfsklauwen bedekt zijn, zullen gelijktijdig de eerste dieren, in de lucht ademend, verschijnen, in de gedaante van schorpioenen.
De geschiedenis der wereld is de stamboom van haren vooruitgang. De ontwikkeling van het leven. De devonische periode. De geboorte der visschen.
Mijn oom bedriegt er zich niet in, want na een vrij kort onderzoek zegt hij: "Deze visch behoort tot eene sedert eeuwen uitgestorven familie, wier versteende overblijfselen men alleen in devonische gronden terugvindt." "Hoe!" riep ik uit, "zouden wij dan een van die bewoners der oorspronkelijke zeeën levend gevangen hebben?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek