Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juni 2025


Indien zich leisteenlagen boven de blauwe lagen bevinden, dan heeft de opheffing later plaats gehad. Het onderzoek der Alpen en der Pyrenëen bewijst, dat die bergen verscheidene rijzingen en dalingen hebben ondergaan. Somtijds zijn het niet de vorige lagen, die met het graniet in aanraking zijn, maar bezinksels van veel latere dagteekening. Men vindt ze ook in Cumberland in Engeland.

Met alleen dat een verbazende tijd noodig geweest is voor de vorming der bezinksels en voor hunne versteening tot harde rotsen, maar het is ook zeker, dat voor de opheffingen van bergen, zooals de Alpen, Pyreneën, Andes en Cordillera's, die van vier- tot achtduizend meters boven de oppervlakte der zee uitsteken, onmetelijke tijdstippen noodig waren.

Op het einde der eocene periode hebben dus de zoetwatervormingen in het bekken van Parijs de overhand. Bovenste Eocene Formatie. Gipshoudende mergel. De bovenste eocene laag bestaat uit eene lange reeks lagen gebladerde mergel, met lagen gips er tusschen in; die bezinksels, die eene dikte van 60 meters kunnen bereiken, zijn nog grootendeels eene zoetwaterformatie.

Zou de steenkool oorspronkelijk turf geweest zijn, die gedrukt onder later ontstane bezinksels, versteend is? of bestaat de steenkool uit plantaardige overblijfselen, door het water medegesleept en op den bodem der bekkens afgezet?

Gressly heeft te Liestal groote en holle beenderen te voorschijn gebracht, die ongetwijfeld behoord hebben tot eene soort van ontzaglijk groote teratosauren. Het is waarschijnlijk, dat de triaszee het geheele deel van Zwitserland bedekt heeft, dat thans door de molasse wordt ingenomen; toch vindt men hare bezinksels tot nu toe alleen bij den Stockhorn.

Die formatie behoort tot de schelpkalk of de keuper, en het is mogelijk uit den aard en de organische samenstelling der gesteenten verscheidene verdiepingen der bezinksels te herkennen.

In de oudste bezinksels der Juraperiode, in het trias, heeft Oswald Heer, alleen in Zwitserland, tweeduizend exemplaren gevonden, aldus verdeeld over 143 soorten: Rechtvleugeligen 7 soorten. Netvleugeligen 7 soorten. Schildvleugeligen 116 soorten. Vliesvleugeligen 1 soorten. Halfvleugeligen 12 soorten. Men ziet, dat de schildvleugeligen de groote meerderheid uitmaken.

Die laag is nog steeds een drijvend vlot op de vloeibare aarde. Maar van eeuw tot eeuw neemt hare vastheid toe. De afkoeling doet hare dikte toenemen. De oorspronkelijke eilanden ondergaan nu ook den invloed van dampkring, wind, regen, afwisseling van dag en nacht, en terwijl zij langzaam verweren, doen zij op den bodem der zee de eerste bezinksels ontstaan. De temperatuur is nog zeer hoog.

Het zijn bezinksels en stoffen, die van andere plaatsen zijn aangebracht en die onafhankelijk zijn van de inwendige samenstelling der planeet. Regen, wind, zonnestralen, koude, ontleden langzamerhand alles wat daaraan is blootgesteld.

In de bezinksels der eocene zeeën heeft men verschillende roggen gevonden, en daaronder den sidderrog of electrischen rog, dien men kan herkennen aan zijne om het geheele lichaam gelegen vinnen. Men heeft sidderroggen gevonden in de omstreken van Verona, op den berg Bolca, die beroemd is door zijn groot aantal fossielen; zij zijn veel grooter dan die, welke thans de Middellandsche zee bewonen.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek