United States or Bahrain ? Vote for the TOP Country of the Week !


Van Baerle, de geleerde, de smaakvolle Latijnsche en Nederduitsche Zanger, en daarbij jaren lang Vondels medestrijder tegen de Contra-Remonstrantsche partij; Hooft, de Tacitus van Nederland, de beste geschiedschrijver zijner eeuw, de beschaafde, fijne, vernuftige, schrandere Aristocraat, die in den tijd der hevigste staatsgeschillen elke klip wist te vermijden en, geheel zijn leven door, zijn invloed wist te bewaren, zoo bij den Prins, wiens gezag hij vertegenwoordigde en handhaafde, schoon zijn voorliefde niet zoo bij de Prinsenpartij was, als bij de Amsterdamsche Magistraten, schoon hij nimmer onder hun getal werd opgenomen.

Immers in die Nieuwekerk rusten, verstrooid en verspreid, zoo velen, die met Vondel sieraden waren onzer letterkunde, de meesten evenwel zijn vrienden en geestverwanten. Daar Sluimert Baerle neffens Hooft.

Als men in den Aran en Titus de verwijten van Titus' dochter aan de overspelige Tamora, of liever het gekijf der twee wijven, leest, als men Aran hoort stoffen op zijn misdaden, Tamora hoort weeklagen, dat zij haar eigen zoons "zoo gierig" heeft "ingeslokt", als men Titus hoort wenschen, dat hij Tamora's "darmen" mocht "ophasp'len op zijn armen", als men de koren leest, die van Baerle nog wel als een proefje aan Huygens zond om hem te doen watertanden, dan staat men niet alleen verbaasd, dat een man als van Baerle dit kon bewonderen, maar zal meer dan ooit gestemd zijn, om aan de dichterlijke waarde van Shakespeare's Titus Andronicus volle recht te doen wedervaren , al moet men toegeven, dat het in een geheel anderen geest dan zijn overige stukken, in een vroegeren stijl geschreven is.

Ziet! nog dit eene: Rembrandt heeft een standbeeld, en, zoo iemand, hij verdiende het te hebben. Maar is het daarom billijk, dat Vondel en Bilderdijk, dat Blaeu en Quellin, dat Vossius en Van Baerle, dat Surlingh en Van Bree, dat Le Maire en Trip, dat Van Beuningen en Reael, dat De Ruyter en Van Galen de vereering, waar zij aanspraak op hebben, zouden missen?

Professor Barlæus was zoo met zijn werk ingenomen, dat hij hem gelijk stelde met Sofokles. Op zijn aansporen gingen zijn vrienden het stuk zien: Hooft en Van der Burgh stonden verbaasd, en Vondel verklaarde, dat de dichter een genie was. Van Baerle zelf kon zich aan de tragedie niet zat zien: hij ging zevenmaal achtereen zich daaraan vergasten.