United States or Hong Kong ? Vote for the TOP Country of the Week !


Laat in den avond ankerden wij in de aardige verscholen kreek, aan de oevers waarvan de hoofdstad van Tasmanië ligt. De eerste aanblik der stad deed zeer onder voor dien van Sydney; de laatste zou men een city of groote stad kunnen noemen, gene slechts een town of landstad. Zij ligt aan den voet van Mount Wellington, een berg van 3100 voet hoogte, doch van geringe schilderachtige schoonheid.

Den volgenden dag haalden we Ureparapara, dat we echter te laat bereikten, om in de baai binnen te varen, zoodat we den heelen nacht buiten moesten kruisen. We deden nog enkele plaatsen in de Banksgroep aan en ankerden dan aan de westzijde van Gaua. Daar, waar ik eens een cycloon heb bijgewoond, overviel ons nu weer een cycloonachtige wind, die ons geweldig schudde.

Ik zou graag nog langer te Poussey zijn gebleven, om beter en langer de zeden dier inboorlingen te kunnen bestudeeren; maar ons werven had er geen succes. Wij moesten onzen weg dus vervolgen naar kaap Cumberland, de noordelijkste punt van den archipel. We voeren gemakkelijk er omheen, liepen in de Saint-Philippebaai binnen en ankerden dichtbij een rivier, die den naam van "de Jordaan" droeg.

Wij ankerden aan de kust en de boot, waar ik in ging, ontving het bevel, Monseigneur Lamaze af te halen en aan boord te brengen. Tegenover het dorp Alo wachtte ons een Marist in een bootje. Hij was een hartelijke zuid-Franschman, die groote vreugde aan den dag legde, toen hij landgenooten ontmoette. Hij voerde ons door een nauw kanaal tot aan den drempel van de kerk te Sigave.

In den namiddag ankerden wij in de Baai van Good Success. Bij onze binnenkomst werden wij begroet op eene wijze, zooals den inwoners van dit wildenland betaamde.

Met zekerheid weet men, dat zoowel op Albemarle als Narborough uitbarstingen hebben plaats gehad; en op eerstgenoemd eiland zagen wij uit den top van een der groote kraters een kleine rookkolom omhoog dwarrelen. Des avonds ankerden wij in Bank's Cove op het eiland Albemarle, waar ik den volgenden morgen aan land ging, om eene wandeling te doen.

Op den laatsten dag in Augustus 1836 ankerden wij voor de tweede maal te Porto Praya op de Kaap-Verdische Eilanden, en zeilden van daar naar de Azoren, waar wij zes dagen bleven. Op den 2den October bereikten wij de Engelsche kust, en te Falmouth verliet ik eindelijk de Beagle, na omtrent vijf jaren aan boord van dit kleine, maar degelijke schip te hebben doorgebracht.

Hij was hier pas kort, toen er twee galjoenen van Genueezen ankerden, die van Constantinopel kwamen om hetzelfde weer als Landolfo te ontvluchten en met moeite er in slaagden.

De tijd duurde ons bijster lang, zooals steeds het geval was, wanneer wij door voortdurende windvlagen van den eenen dag in den anderen werden opgehouden. Des avonds werd eene andere haven ontdekt, waar wij ankerden. Terstond daarop zagen wij een man met zijn hand zwaaien, en werd eene boot uitgezonden, die twee zeelieden medebracht.

We spoedden ons haastig van daar weg en ankerden een paar dagen later in de Paola-baai bij Tavaro, de plaats, waar de inboorlingen van het noordelijk deel der kust veel samenkomen, omdat men er beschut is tegen de heerschende zuidoostenwinden, en men er gemakkelijk zoet water kan krijgen uit een breede, snelstroomende rivier.