United States or Italy ? Vote for the TOP Country of the Week !


Als alles goed heeft doorgekookt, zet men de melk van het vuur en lost agar-agar op met inachtneming van hetgeen daaromtrent wordt meegedeeld in R. 494. Kersenpudding. Na de kersen van de stelen ontdaan en gewasschen te hebben volgt men verder R. 494. Kokosnootpudding.

Na de aalbessen goed gewasschen en gerist te hebben, zet men ze op in kokend water, laat ze even doorkoken en wrijft ze vervolgens door een zeef. Men voegt er wat frambozenstroop en de noodige suiker aan toe en bindt ze met opgeloste agar-agar gelijk in R. 494 is voorgeschreven, waarna men ze in een steenen vorm giet. Abrikozenpudding.

Kookt de melk, dan roert men er de geraspte noot door. De agar-agar wordt dan goed uitgeknepen en met ongeveer een liter water op een zacht brandend vuur gezet om te smelten. Hiervoor is het water uit de kokos in de eerste plaats aan te bevelen. Men laat het vocht doorkoken totdat alle stukjes van de agar-agar zijn opgelost. Om dat te bevorderen roert men er telkens in met een houten lepel.

Men perst eenige citroenen, raspt voorzichtig de schil van een of meer citroenen, zoodat men het wit niet raakt, voegt dat bij het sap, lengt het sap aan met water, voegt er suiker naar smaak aan toe, kookt het vervolgens en als het genoeg is afgekoeld, roert men er de dooiers van een paar eieren door, bindt het nat vervolgens met agar-agar zooals is voorgeschreven in R. 494 en roert er eindelijk het geklopte eiwit door, waarna men het vocht in een steenen vorm giet.

Met zet den vorm in lauw water op een matig vuur en laat den pudding een half uur koken. B. Koude puddingen. Voor vruchtenpudding kan een vegetariër natuurlijk geen gebruik maken van gelatine. De agar-agar, uit zeewier bereid, doet minstens even goede diensten en heeft daarenboven het voordeel goedkooper te zijn. Aardbeienpudding.

Zure appels, gekookt volgens R. 267 of 272, worden met heet water door een zeef gewreven. Men voegt er citroensap en suiker naar smaak aan toe en bindt het moes met agar-agar op de wijze als in R. 494 is voorgeschreven, dat dan in een steenen vorm wordt gegoten. Chocoladepudding.

Het sap en de geraspte schillen, met water aangelengd en met suiker naar smaak verzoet, zet men op het vuur. Wanneer het gekookt heeft, laat men het afkoelen, roert er de dooiers van een paar eieren door, bindt het nat met agar-agar, zooals is voorgeschreven in R. 494 en roert er eindelijk het geklopte eiwit der eieren door, waarna men het vocht in een steenen vorm giet. C. Taartenkorst, glazuur.

Als de melk met den room opnieuw kookt, stort men er de fijngesneden ananas in. Zoodra de melk weer kookt, neemt men ze onmiddellijk van het vuur, anders zou de ananas haar smaak verliezen. Middelerwijl het mengsel bekoelt, smelt men de agar-agar en handelt verder als in R. 494 voor het bereiden van aardbeienpudding is voorgeschreven. Appelpudding.

Is de agar-agar opgelost, dan giet men ze door een zeef om de onopgeloste deeltjes achter te houden en vermengt ze daarna voorzichtig met de aardbeien. Nu en dan roert men voorzichtig, totdat het mengsel stijf begint te worden en de aardbeien zich niet meer opeenhoopen. Vervolgens doet men het mengsel in een steenen vorm. Men rekent op een liter vocht een stang agar-agar. Aalbessenpudding.

Van een liter melk zet men 8 deciliter op het vuur, mengt de 2 deciliter koude melk met 40 gram cacaopoeder en 60 gram suiker en voegt dit mengsel bij de kokende melk, die men daarna al roerende nog een paar minuten laat doorkoken. Men bindt daarna de melk met agar-agar op dezelfde wijze als in R. 494 is voorgeschreven en giet den pudding in een steenen vorm. Citroenpudding.