Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 mei 2025
Blanc-manger. 1 k. zoeten room laat men voorzigtig koken met 20 kleine bitterkoekjes, een stukje vanille, en 3 lepels witte suiker; als het goed doorgekookt is, giet men er 1 l., 2 1/2 w. gesmolten vischlijm bij, laat het door een neteldoekschen doek loopen, en doet het dan in den natgemaakten vorm.
Als de bloem lichtbruin gefruit is, doet men ze in een pannetje, voegt er dan roerende twee kopjes heet water aan toe en blijft doorroeren, totdat het heeft doorgekookt en het een gebonden saus is geworden. Daarna voegt men er boter bij, die men eerst heeft laten snerken en laat alles gezamenlijk nog eens doorkoken.
Als alles goed heeft doorgekookt, zet men de melk van het vuur en lost agar-agar op met inachtneming van hetgeen daaromtrent wordt meegedeeld in R. 494. Kersenpudding. Na de kersen van de stelen ontdaan en gewasschen te hebben volgt men verder R. 494. Kokosnootpudding.
In eene filtreerkan moet men natuurlijk het water langzamerhand in de bovenste bus gieten, naarmate het vorige er is doorgelekt, maar als men koffij kookt, moet de kan, vóórdat men de koffij er indoet, warm worden gemaakt, dan al het vereischte water er te gelijk kokend worden overgegoten, en de kan te vuur gezet, tot de koffij goed is doorgekookt, waarna men haar even laat staan om te bezinken.
De pruimen worden van schillen en pitten ontdaan, en in haar eigen sap gaar gekookt, dan door eene zeef gewreven en met geraspt, in boter gebakken brood, suiker, kaneel en citroenschil goed doorgekookt. Compote van kersen of morellen. De stelen en pitten neemt men weg, en stampt eenige van de laatsten, die men 1/2 uur kookt in een weinig water, met wat pijpkaneel en eenige nagelen.
Het is goed dat men de schuimspaan bij de hand houde, om het juiste oogenblik, wanneer het schuim rijst, waar te nemen en het er af te scheppen; mogt men dit oogenblik hebben laten voorbijgaan en het schuim doorgekookt zijn, dan giete men een weinig koud water in de pan, waardoor het weder eenigzins opkomt.
Als alles nog enkele minuten heeft doorgekookt, dient men de soep op met geroosterde dobbelsteentjes van oudbakken wittebrood. Boschbessensoep. Na boschbessen goed gereinigd en gewasschen te hebben, doet men ze in kokend water en laat ze even doorkoken, wrijft ze daarna door een zeef, doet er het noodige water bij, bindt het verdunde sap met maizena en zoet het met donkerbruine suiker.
Als ze even hebben doorgekookt, giet men het nat er af, dat men opnieuw aan den kook brengt en met maizena tot puddingdikte bindt. Als het wat is afgekoeld, roert men er voorzichtig de dadels door, voordat het vocht te stijf is en doet ze daarna in een of meer glazen of steenen vormen. Is de pudding koud, dan doet men er geslagen room of een vanillevla overheen. Frambozenpudding.
Meel wordt met boter gebruind, met kalfsbouillon aangelengd en met gehakte kervel een half uur lang doorgekookt; dan met een paar eijerdoijers gebonden en met geroosterd brood in de terrine opgedaan. Kruidensoep.
Als de soep nog eenige minuten heeft doorgekookt, kan men ze opdienen met geroosterde dobbelsteentjes van oudbakken wittebrood. Boonensoep. Men fruit fijn gesneden uien in boter lichtbruin, doet deze er bij, laat alles doorkoken, vet dan de soep naar keuze met natuurboter of plantenvet, zout de soep naar smaak en laat ze dan nog ongeveer een kwartier op een zacht vuur doorkoken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek