United States or Croatia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ten laatste wordt het stijfgeklopte wit van de drie eieren door het beslag geroerd, dat men dan in een ondiepen vorm doet en in een tamelijk heeten oven laat bakken. Voor tocht te vrijwaren om het neerslaan te voorkomen. Perzikkoek. Men volgt R. 527 behalve dat men in plaats van abrikozenmoes thans moes van perziken neemt. Perziktaart.

Ze worden opgediend met boter en suiker. Pruimenkoek. Men volgt R. 527, maar vervangt het abrikozenmoes door moes van versche pruimen, van gedroogde pruimen of van pruimedanten. Pruimentaart. Men volgt R. 528, maar neemt in plaats van abrikozenmoes thans moes van versche of gedroogde pruimen of van pruimedanten tot vulling. Rijstekoek.

Als men een deksel van het taartendeeg er op heeft gelegd, en met boter bestreken, strooit men er wat poedersuiker over en bakt de taart bij matige hitte in den oven. Na een uur is hij gaar. Appeltaart I. Men volgt geheel R. 528 behalve dat men moes van appelen in plaats van abrikozenmoes neemt.

Kruisbessentaart. Men volgt geheel R. 528, behalve dat men in plaats van abrikozenmoes thans moes van kruisbessen tot vulling neemt. Moscovisch gebak. Men hakt 120 gram gezeefde tarwebloem en 100 gram stijve boter met een mes tot zeer kleine stukjes.

Zwitsersche vlade. 4 1/2 m. melk, 8 eijerdoijers, 1 o., 2 1/2 l. suiker, en een theelepel stijfsel of bloem, worden op het vuur tot eene vlade geroerd. Ook kan men in plaats van het roomschuim over alles heen te spreiden, dit ten slotte door de vlade roeren; maar dan neemt men slechts 2 1/2 m. room en 1 1/2 o. abrikozenmoes, in plaats van vanille. Koffijvlade.

Men volgt R. 528, maar neemt in plaats van abrikozenmoes thans moes van perziken tot vulling. Pinksterkoek. Men roert 250 gram boter tot room, voegt er al roerende bij kleine hoeveelheden 250 gram suiker, 250 gram aardappelmeel en 3 eierdooiers en wat geraspt geel van een citroenschil bij. Ten laatste roert men er het stijfgeklopte wit der 3 eieren door.

Nu doet men er een laag van dik appelmoes in, dan weer een laagje van het mengsel, daarna weer een laag appelmoes en eindelijk het overschot van het mengsel. Men belegt den koek met dunne plakjes boter en bakt hem in een matig verhitten oven. Appelkoek. Men volgt geheel R. 527, behalve dat men moes van appelen in plaats van abrikozenmoes neemt. Appelrijsttaart.

China'sappelsaus. Men neemt het sap van 5 china'sappelen en de geraspte schil van 2, kookt dit met een glas madera, 3 eijeren met en 3 zonder wit, suiker en kaneel, onder bestendig roeren. Abrikozensaus. Men neemt zeer rijpe abrikozen, die men in weinig water gaar kookt en door eene zeef wrijft, of als men het heeft, abrikozenmoes.

De koek is in drie kwartier gaar. Abrikozentaart. Een met boter bestreken vorm belegt men met taartendeeg R. 519, 520 of 521 zoo dat ook de wanden van den vorm er mee bedekt zijn. Het deeg belegt men met abrikozenmoes, waarop men suiker naar smaak strooit en vervolgens legt men nog een deksel van taartendeeg er over.