United States or Iran ? Vote for the TOP Country of the Week !


Uitvoerige bijzonderheden omtrent al het voorgevallene vindt men in de belangrijke werken van dien tijd: Holl. Mercurius, 152, en d'Ontwaekte Leeuw, Amst. 1673, I 36, 47, 60, 74, 122, 130; II 15, 46, 47 env.; SYLVIUS, I 653; zie ook VAN LEEUWEN, Kronyk, 254.

VITRINGA, 643; Charterb. V 834, 1074, 1075; Geschiedk. Beschrijving, II 135; VALKENIER, 653 vermeldt, dat Leeuwarden alléén 1000 weerbare burgers leverde. Dus oordeelt Kapitein W. J. KNOOP in de Verdediging van Nederland in 1672, in de Gids, 1851, 330. Doch naar gelang het gevaar van buiten verminderde, vermeerderde de onrust van binnen.

Zóó groot was de vrijheid in de republiek, ten gevolge van het misbruik! Zie dit alles breeder in het Charterboek, V 254, 269, 323, 467, 539, 567, 568, 635, 653, 661, 757, 774, 775, 805, 1257. C. Ten aanzien van het gedrag en de handelwijze der Hervormde Predikanten zie men de berigten van D^o.

Nog andere niet minder merkwaardige bewijzen zouden bij de vorige gevoegd kunnen worden, om de reeds volle maat der bewijzen tot den rand toe te vullen. Doch het is onmogelijk te onderstellen, dat de onpartijdige lezer niet reeds lang door het voorgaande overtuigd is geworden. Wij kunnen echter niet nalaten, al was het slechts om de merkwaardigheid, even te wijzen op de somtijds zoo bijzondere gelijkenis tusschen sommige menschenkoppen en enkele typen van dieren. Is het niet als het ware de echo van vroegere tijden, als eene soort van terugslag naar vroegere vormen? De gelijkenis van den mensch met de apen, vooral onder de lagere menschenrassen, valt te zeer in het oog, dan dat wij daarbij zouden stilstaan. Doch ook bij ons blanke ras, dat zoo beschaafd is, vindt men niet zelden in het gelaat en zelfs in het karakter van enkele personen ontegenzeggelijk gelijkenis met sommige dieren, zooals den leeuw, de kat, den vogel, den bunzing, de slang en zelfs den visch. Voor de merkwaardigheid geven wij op blzz. 652 en 653 enkele teekeningen weer, die de bekende schilder Charles Lebrun ten tijde van Lodewijk

De bevolking bedroeg in 1775, 171 620 zielen; in 1841, 1 007 624, in 1887 1 631 687, in 1899 1 572 797, in 1903 1 653 486, en dit getal is thans nog aangroeiend. Deze bevolking bestaat uit 1 052 497 blanken, 505 443 negers of mulatten, en 14 857 chineezen. De verhouding tusschen beide seksen is ongeveer gelijk. Slechts 40 percent der bewoners leven van handenarbeid.

Behalve in stukken van het Stedelijk Archief, vindt men eene uitvoerige beschrijving van deze "Princelyke Inhalinge" bij SYLVIUS, II, 1684, 125. Zie over deze Vorst en Vorstin: Charterb. V 914, 1103, 1216, 1242; SYLVIUS, I 552, 653, b 97, 178; Regist. Staats res. 46, 513, 587; KOK, Vaderl. Woordenb. II 507, XVI 606, XX 547; FOEKE SJOERDS, Beschrijv. II 188; Tegenw.