United States or Djibouti ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zelfs het vaderland heeft voor mij niets aantrekkelijks, zoolang het zich onder den voet des geweldenaars kromt. Welnu, vriendin, wilt gij aan het gefolterde vaderhart de rust hergeven, wilt gij...?" »Ik wil, ik wil, Phanes!" antwoordde Rhodopis met ongeveinsde blijdschap. »Gij hebt mij geene bede gedaan, gij hebt mij een voorrecht geschonken.

Maar wie verrukt is geweest door gansch onzelfzuchtige liefde, die zijn eevenmensch bemind heeft in festijnen van vreugde, ja, hem heeft God zelf de lippen gekust, hij heeft het vaderhart des Eeuwigen voelen kloppen. Weest toch niet bang en verlaat u maar, goed-willigen, waar zeer groote vreede is en vreugde, daar vindt gij Hem.

Wij beproefden het zijnen moed te steunen tot het verduldig dragen van zijn lijden, en hij, den naderenden dood vergetend, poogde ons den boezem met moed en met geloof in Vlaanderens bestemming te vervullen. Dan toch, vrienden, glinsterden wel eens zijne oogen van stille tranen en liep zijn vaderhart van weedom over.

Piet zag haar na; in zijne groote wonderlijke oogen dreef zoo iets als een helder vocht; hij trok de randen van zijn slappen hoed, die al een paar keer op en afgenomen was, nu weer laag over 't voorhoofd, ging bij het tafeltje zitten, liet de beide ellebogen er op rusten en sprak halfluid: »Toch nog een vaderhart gevonden, ik, de verschoppeling!" en hij snikte onder zijne aandoening, maar verborg die en smoorde zijne eigene stem door zijn gelaat met beide handen te bedekken.

Uit een vertrouwelijk gesprek met Jacoba, waartoe de vader na rijp beraad besloten heeft, was het hem tot zijn groote blijdschap duidelijk gebleken, dat tante Hermines onderstelling, alsof een geheime liefde voor August haar zenuwgestel zou ondermijnd hebben, ten eenenmale ongegrond is geweest; en evenzeer had de luchtige wijze waarop Jacoba, bij dat gesprek, over Donerie's dood is heengegleden, hem wel het bewijs gegeven dat Helmonds vermoeden, waarmee hij zijn vaderhart zoozeer heeft gekwetst, niet minder ongerijmd mocht heeten; maar, of de vrees voor Jacoba's welzijn nu hij haar werkelijk wat opgeruimder zag worden, ja zelfs nu hij haar weer telkens hoorde zingen zonder dat het haar kwaad scheen te doen ach, of die vrees, die onrust over zijn kind, hem dan door Gods goedheid voor 't oogenblik is benomen, er was een diepe, een steeds dieper grijpende smart die niet zou voorbijgaan.

'k Ontzie hem, zonder bang te vreezen. En ga ik hupplend aan zijn zij', Ook dan vermaakt en leert hij mij; Er kan geen beter vader wezen! Ik ben ook somtijds wel eens stout, Maar als mijn ondeugd mij berouwt, Dan wordt zijn vaderhart bewogen; Dan spreekt zijn liefde geen verwijt, Ja zelfs, wanneer hij mij kastijdt, Dan zie ik tranen in zijn oogen.

O, zij weet niet wat ze nu spreken, waar ze zich bergen zal. Maar zie.... het hoofd van den vroeg vergrijsden vader, het schudt wel vreemdsoortig, maar toch, ja, in die altijd zoo goedige oogen ziet ze tranen glimmen. Tranen! En met die oogen vol tranen ziet hij haar aan. Lachen ze haar toe door die tranen heen? Wenken ze haar om te komen aan zijn zij; in zijn armen, aan zijn vaderhart?

Hoe zou uw vaderhart bloeden en schrikken, indien gij wist, dat ik hier verwenscht zit in den kuil van den zevenhoofdigen draak, bewaakt, geplaagd, gemarteld door den wreeden reus Carabos, en voor eenigen troost niets hebbende dan den trouwen dienst van onzen goeden dwerg Topaas!... Zal er dan nimmer een einde komen aan mijn akelig lot?

Indien men uw zoon, mijn toekomende Heer Louis, die nu zo manlijk aan uw zijde staat; indien men deze u ontrukte en in een vreemd land kerkerde, zou de smart uw Majesteit dan niet tot alles doen overgaan, om dit bloed, dat uit U gesproten is, te wreken en te verlossen? Ho ja, uw vaderhart verstaat mij ik zal genade voor uw voeten vinden."

De paltsgraaf ontving spoedig de treurige tijding. Zijn vaderhart was vervuld van smart en toorn. Hij beval de valsche toovenaarster dood of levend bij hem te brengen. Op den namiddag van den volgenden dag zeilde een goed bemande boot den Rijn af. Vier schippers roeiden, stoere, door de zon gebruinde mannen.