United States or Saint Barthélemy ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Maar we moeten volstrekt mevrouw Stork hebben." "Die kent Gerrit in het geheel niet," merkte Witse aan. "Goed!" antwoordde zijn gemalin. "Voor mijn rekening; zij zal hem wel bevallen; 't is een allerinteressantste vrouw. Weetje wel dat er bij Vernooy een nichtje gelogeerd is? Dat is ook een vreempje. Nu; hoe meer hoe liever. Maar dan dienen er nog een paar heeren ook bij. De jonge Hateling?"

"Daar hadje nu mevrouw Stork. Het mensch heeft waarlijk geen moeite gespaard; ze heeft je op alle manieren aangepakt! Het is een knappe vrouw, eene heele bijzondere, knappe, vrouw" zij drukte afzonderlijk op elk dezer woorden "en je waart zoo strak als een pop." "Mevrouw Stork liet me niet aan 't woord komen, lieve moeder!" zei Gerrit met een flauw lachje.

't Was mevrouw Stork, de jonge weduwe van een man, dien zij aan de tering verloren had.

Dit had zij 's nachts gelezen; dat, toen zij met Stork haar toertje maakte; een ander had zij op de wandeling meegenomen; dit had zij aan eene vriendin uitgeleend, en dat wilde zij absoluut aan Gerrit zelf uitleenen; over het een vroeg zij zijn oordeel; over het ander "wilde zij zijn oordeel volstrekt maar liever niet weten, omdat zij er in het geheel geen kwaad van hooren kon!"

De speeltafeltjes werden gezet en er vormden zich drie partijtjes. Mevrouw Stork verklaarde zich een hartstochtelijk liefhebster van omberen, "een charmant mooi spel"; mijnheer Van Hoel zei met al de bedaardheid van iemand, die het dagelijks doet, dat hij er ook wel van hield; en Gerrit moest de derde man zijn. De rest van 't gezelschap verdeelde zich aan twee bostontafeltjes.

Maar mevrouw Stork sloeg hare blikken diagonaal over de tafel om mevrouw Witse te hulp te roepen. "Is dat waar, mevrouw?" vroeg zij op den toon van het hardnekkigst ongeloof, "dat uw zoon nooit reciteert?" Mevrouw Witse verklaarde dat zij integendeel vond, dat hij het heel lief deed. "Eigen verzen?" vroeg Klaartje.

Eenige oogenblikken later had mevrouw Stork de vrijpostigheid een glas water te vragen, hetgeen aan alle vrouwelijke leden der vergadering den moed gaf onmiddellijk hetzelfde verzoek te uiten. Na afloop dezer ceremoniën werd het verkeer langzamerhand levendiger, luider en drukker.

Klaartje en Hateling glimlachten. Het pijnlijk oogenblik was voor Gerrit spoedig voorbij en hij genoot een soort van vrede, toen mevrouw Stork op den inval kwam dat hij "zeker wel heel mooi reciteeren kon, en of hij het niet eens doen wilde; 't was nu zoo'n goede gelegenheid". Dit is meer beweerd.

Het eene was "haar charme", het andere was "de favori van wijlen mijnheer Stork!"

Mevrouw Witse zag met een welgevallig oog op Hateling neder, die een groot gunsteling van haar was, en keek dan weer eens tot Gerrit op, dien zij toeknikte "of hij niet extra goed zat?" waarop zij, daar hare stem hem niet bereiken kon om het hem rechtstreeks te vragen, aan Hateling en Klaartje begon te vertellen, dat zij Gerrit niet beter had kunnen onthalen, dan door hem naast mevrouw Stork te plaatsen, die een savante was, "dat 's te zeggen, geen eigenlijke savante, want zij was heel lief, maar een stille savante, die alle talen verstond, veel gezien had, en onbegrijpelijk interessant was". Dan schertste zij weder eens met Wagestert over de slechtheid van de mannen en riep mevrouw Van Hoel tot getuige, die ze ook "al heel slecht" vond.