United States or Luxembourg ? Vote for the TOP Country of the Week !


En komt gij met trompetgeschal, opdat de krijgskans keer', Dan wacht ik u, verheugd van ziel, hoor ik die klanken weer.« »Neen Roderick, de krijg is uit, en tusschen ons is 't vree: Geen strijd meer tusschen u en mij, het zwaard blijv' in de scheeToen reed hij heen; maar kort daarna wendde hij steels 't gelaat En keek hij angstig achterom, als vreesde hij verraad; Maar de gedachte aan zulk een daad was nimmer opgeweld, In 't harte van den trouwen Cid, dien nooit volprezen held!

Deze evenwel, zonder zijne bedaardheid te verliezen, greep zijn degenstok op, stak den van zichzelven verbaasden Stastok den knop toe: "Wil je vechten, kereltje? Ook goed. Trek reis aan dien stok! Zie zoo; jij den degen, en ik de schee: kom aan, en garde, droit au fond, asjeblieft!" En, zich in de positie stellende van iemand die schermen gaat, begon hij eenige parades te maken.

Israël onbezorgd Heeft God tot eenen Schild en tot een vaste Borgt, Den grootsten Kapitein; dien Hij wil overvallen En baat geen preuts gebergt' van opgeworpen wallen, Noch diepe vesting van een grondelooze zee, Noch bogen, noch geflits, noch zwaarden uit der scheê, Noch vele wapentuig, noch 's werelds oorlogsheiren In een slagordening en mochten zich verweeren Voor zijnen sterken arm, die naauw verheven schier Om strijden, al omvlecht is met den lauwerier.

Het ijzer wordt gedweeg int gloeyen van den vure, Den diamant, hoe hard, verzachtet bokkenbloed. Maar dezen blijft verstokt, versteend in zijn gemoed. 't Glas van ons slavernij is niettemin verloopen. Ik zie, ik zie den weg tot ons verlossing open, Egypten ziet om hoog, het zweerd is uit der schee, Dies Jacob morgen licht zijn anker van dees reê. Binnen.

Hij heeft een geesel nog, waarmeê hij na der zielen Den mensche harder straft, een onverganklijk wee; Zijn allerscherpste staal steekt nog in zijne scheê.

"Ja," antwoordde Orloff, met zulk een onbeschaamden grijnslach, dat men hier en daar een sabel ten halve uit de schee hoorde vliegen. "Ja want de waarheid is dat Czernovië nooit zulk een Charter bezeten heeft.

Ik merkte dien harpoen aan den wand op en ik dacht, dat ik dien misschien noodig zou hebben, vóór ik met hem klaar was. Eindelijk kwam hij op mij af, vloekend, met moordlust in zijn oogen en een schee in zijn hand, waarin een groot mes zat. Hij had geen tijd om het uit de schee te halen, want ik joeg hem dadelijk den harpoen door zijn body.

Toen deze inventaris den Keizer was voorgelezen, beval hij mij, ofschoon in de minzaamste termen, die verschillende voorwerpen af te geven. Eerst vroeg hij om mijn sabel, die ik voor den dag haalde met scheê en al. Hij beval mij toen de sabel te trekken, die, ofschoon zij een beetje geroest was door het zeewater, toch nog voor 't grootste deel geweldig schitterde.

Of zoeken zij een land of zoeken zij een woning, Daar ieder burger is, daar ieder is een koning, Daar ieder rechter is, en 't mes trekt uit de scheê, Diens bodem is gelijk de diepte van de zee, Daar alle baargeschuim oprijzet met elkander; Zoo wil een ieder hier ook heerschen boven d' ander, En werden zij dan t' zaâm verdrukt in ongeval, Wat koning is er die hun zake rechten zal?

Zijn kleeding was zeer eenvoudig en zonder versierselen, en hield het midden tusschen de Aziatische en de Europeesche; maar op zijn hoofd had hij een lichten helm van goud, getooid met juweelen, en een pluim op den kam. Hij hield zijn bloot zwaard in de hand om zich te verdedigen als ik los mocht breken; het was bijna drie duim lang, het gevest en de scheê waren van goud met diamanten bepronkt.