United States or Niue ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zoo vervuld met onverwinnelijke droefheid, doch welberaden om niets te zeggen of te doen dat Placida of hare ouders kon kwetsen, bereikte hij sher Rijkaards Steen. Op zijne vraag zeide hem de schalk, die de poort opende, dat mher Van Woumen sedert gisterenavond was teruggekeerd, maar nu daareven den Steen had verlaten.

Hij late u gelukkig zijn, dit is mijn oprechte wensch", murmelde Robrecht, terwijl hij de doos in zijne tassche stak en aarzelend nog bleef staan. "Geene hoop meer?" zuchtte hij. "Geene. Vaarwel!" Robrecht groette nog diep en verliet sher Rijkaards Steen.

Er zijn in kunst en wetenschap geen intelligenties, die zich meer en hooger voelen dan de rijkaards en de machthebbers; er zijn geen onafhankelijke sceptici die hen glimlachend in de oogen durven kijken, er zijn geen philosophen, die hen koelweg passeeren.

O gij dochters van het Westen! O gij jonge en oud're dochters! O gij moeders en gij vrouwen! Nimmer moet gij van ons wijken! Uwe plaats is in ons leger Pioniers! O Pioniers! Prairiedichters ongeboren! O Pioniers! Niet de zoete minneliedjes, Niet op kussens, niet op muilen, niet het vredige, niet het lieve, Niet de vadse rust der rijkaards, niet voor ons het tam vermaak, Pioniers! O Pioniers!

Overweeg met wijsheid; want het lot uwer eenige dochter en de eer van uw geslacht hangen van de beslissing die gij zult nemen." Onder het uitspreken dezer woorden was hij tot de poort genaderd. Hij drukte nu de hand van zijnen gezel en verliet sher Rijkaards Steen. Placida's vader keerde terug tot de zaal en liet zich daar op eenen stoel nederzakken.

Hij was zoo ontmoedigd en zoo treurig, dat hij op zijne kamer is gegaan en langen tijd daar in eenzaamheid bleef zitten. Dan heeft hij eenen bode naar sher Rijkaards Steen gezonden om jonkver Placida te melden dat hij onpasselijk was en niet kon uitgaan. Inderdaad, hij is den ganschen dag te bed gebleven. Ik was zeer angstig bij de gedachte dat eene erge ziekte hem bedreigde ..." "Ziek? hij ziek?

Wilt gij niet dat ik, door de diepste treurnis getroffen, u voor altoos mijne vriendschap en mijne achting onttrekke, begeef u onmiddellijk naar sher Rijkaards Steen en bied jonkver Placida uwe beloftegift aan!" "Dus geene genade voor mij?" "Geene. Uwe belofte moet u heilig zijn." Robrecht bezag zijnen oom eene wijl met strakken blik, als worstelde hij nog tegen een pijnlijk besluit.

Hij hief het hoofd op en zag Robrecht Sneloghe die met droef en spijtig gelaat te midden der zaal stond. "Nu, mijn neef, wat beduidt dit treurig aangezicht?" vroeg hij verwonderd en bekommerd. "Heeft jonkver Van Woumen uwe gift aanvaard?" "Ik heb mij nog niet bij haar aangeboden", was het antwoord. "Hoe, gij zijt nog niet in sher Rijkaards Steen geweest?" riep de proost met verbazing uit.

"Nutteloos, nutteloos", wedervoer Robrecht. "Wat men te Rijssel heeft besloten zal men hier niet veranderen. Daarenboven, ik weiger volstrekt alle nieuwe poging. Er is voor den man die zich zelven eerbiedigt een grenspaal aan het geduld en aan de vrijwillige vernedering. Men verwijt mij in sher Rijkaards Steen dat ik een Kerel ben.

De uit hun evenwicht geslagen, smulpapige rijkaards met "de mooie meid" in de eerste novelle; in de tweede de oude scharrelaar, die elke twee jaar een andere dienstmeid neemt, en nu tegen 't einde van zijn leven dan toch waarlijk door de toevallen van den krijg wordt gedwongen met de laatst bij hem in dienst getredene te trouwen; de generaalsfamilie, die door het kleine schoothondje getyranniseerd wordt in het derde verhaal zij alle vermaken, terwijl in Rikiki, in de boeven-scène, zelfs een Decamerone-achtige atmosfeer wordt gevoeld.