United States or Costa Rica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Jan kwam de kamer in met iets vreeselijk droevigs en sombers over zich. De meest hopelooze smart stond op zijn gezicht te lezen. "Ik hoor, dat Sigurd mij weg wil hebben, omdat ik een Tater ben," zei hij, en ging op de huismoeder toe met uitgestrekte hand, als om afscheid te nemen. "Voor mij blijft niet anders over dan weer langs den weg te zwerven."

Maar op een morgen vroeg legde de huismoeder over Jarro een soort teugel of strik, die hem belette zijn vleugels te gebruiken, en gaf hem toen aan den jongen, die hem op de hoeve had gevonden. De jongen nam hem onder den arm, en ging met hem naar het Takermeer. Het ijs was gesmolten, terwijl Jarro ziek was.

Zoo moest het zijn in een tehuis. Binnen in 't huis ligt de huismoeder te slapen in een kamer, die op den tuin uitziet. Ze wordt plotseling wakker en luistert, maar ze beweegt zich niet. De muziek komt al dichter en dichter bij en eindelijk is het, alsof de speelman onder haar venster blijft staan. 't Is niet de eerste keer, dat ze die viool onder haar venster hoort.

De vrouw scheen een goede huismoeder te zijn, en hield zich met een paar lieve kinderen bezig; de boer, die teffens hospes was, had een gezond oordeel, en scheen zeer aan de eerste beginselen van de omwenteling gehecht, en daar hij hoorde, dat wij het hieromtrent met hem eens waren, kwam hij met verscheidene gegronde aanmerkingen, aangaande de tegenswoordige tijdsomstandigheden, vrij rondborstig voor den dag.

«O, ge waart een lieve, goede huismoederzei Martha, «nimmer zal ik vergeten, hoe goed gij en uw man voor mij geweest zijt!» «Ja, dat waren destijds de goede jaren, toen je bij ons waart! Kinderen hadden we nog niet! Den student zag ik niet meer! Maar ja, ik zag hem toch nog eens, maar hij zag mij niet. Hij was hier bij gelegenheid van de begrafenis zijner moeder.

Indien gij aan onze gezinsinzettingen vreemd zijt, zoudt gij in vaders handelwijs allicht een teeken zien van een staat van slavernij der huismoeder in onze gezinsverhoudingen. Maar gij moet hier, integendeel, opmerken een hulde aan haar heerschappij binnen de echtelijke muren.

Een paar maal was hij zoo laag gekomen, dat hij bij de schoorsteenen was, maar toen was hij weer in de hoogte gevlogen. Maar nu had de huismoeder den arend opgemerkt. Ze had het hoofd opgeheven, en hem met de oogen gevolgd. "Wat deed die vreemd," had ze gezegd. "Ik geloof, dat hij een van mijn weitebroodjes wilde hebben." 't Was zoo'n mooie vrouw, lang en blond, met een vroolijk, open gezicht.

De jonge, onervarene huismoeder, die een ongewoon geregt wil gereed maken, zal zeker veel meer dan noodig is gebruiken en dikwijls eene mislukte proef duur betalen, hetwelk zij vermijden kan door het opvolgen van beproefd goede recepten.

Opeens achter mij een wanhopige vrouwenstem: "Dominee, dominee! Ik wil met dominee mee!" Zijt gij het, brave, knappe huismoeder, belangstellende kerkgangster? Waanzinnig! Opgesloten, als gevaarlijk, in de zoogenaamde "kooi"! Hoe komt dat zoo, beste moeder Griet? "De golven, de golven gaan zoo heen en weer", gilt de arme, "ik wil met dominee mee!"

"Ik heb gezien, hoe je je best hebt gedaan," zei ze. "Ik geloof, dat Sigurd het ook heeft gezien. Ik denk, dat hij grootmoedig genoeg is om op je te vertrouwen." "Neen, dat kun je niet verlangen," zei de knecht. "Maar in ieder geval heb ik voorloopig te bevelen," ging de huismoeder voort. "Maar ik kan hier geen dag blijven tegen Sigurds wil," antwoordde Jan.