United States or Belize ? Vote for the TOP Country of the Week !


De voorgevel is geteerd, en het dak bedekt met geteerd papier Het is al uit de verte duidelijk te onderscheiden. In den namiddag heffen we de beide kampen op, en we installeeren ons in het nieuwe huis, dat Framheim zal heeten. Welk een indruk van comfort, gezelligheid en netheid krijgen we bij het binnentreden! Een blinkend linoleum bedekt den vloer, zoowel in de kamer als in de keuken.

Zou zij haar belofte, waarop hij den ganschen winter geteerd had, vergeten hebben? Hij had haar reeds een paar maal gezien, wat was ze mooi en groot geworden, een echte jonge dame nu, in 't vol bewustzijn van haar rijke schoonheid! hij had haar diep gegroet en ook van haar een vriendelijken groet terug ontvangen, maar dat was alles.

Een scherpe blik zou in die geheele schemering op eenigen afstand, achter een vervallen huis, ter plaatse waar de weg van Nivelles dien van Mont-Saint-Jean naar Braine-l'Alleud kruist, een marketenterskarretje hebben bespeurd, met een kap van geteerd twijgwerk, en bespannen met een hongerigen knol, die tusschen het gebit brandnetels knabbelde, en in het karretje een soort van vrouw, op kisten en pakken gezeten.

»'t Oude Hoen!" mompelden zij dan verschrikt, en ijlings brachten zij zich binnenshuis in veiligheid. Eindelijk, nadat zij langen tijd op den huisman hadden geteerd en de overtuiging hadden opgedaan, dat van de Westzaners thans niets meer te halen viel, klonk het bevel, naar Saardam terug te keeren, wat geschiedde met slaande trom en vliegende vaandels.

Wij achtten hem reeds dood, en ik had al gelast, dat men zielmissen voor hem zoude lezen; maar nu kunnen wij het Halleluja zingen om zijn weerkomst; hoewel gij ziet, dat de man een schrale keuken heeft gehad bij de Hollanders: ja hij ziet er waarlijk uit, of hij al dien tijd alleen op hiera picra geteerd had; en dat is niet het middel om vet te worden."

Toen het nu inderdaad tot een overstrooming scheen te komen, werden alle schuiten en platte booten, die in den winter op het land waren getrokken, in haast dichtgemaakt en geteerd, om zoo gauw mogelijk in het water te kunnen worden neergelaten. De vlonders werden op 't land gezet, en de bruggen op den landweg werden versterkt.

Het had gediend om de oude kar te vervangen, waar zij tot dien tijd zich mede hadden beholpen, een ruw en hortend ding zonder veeren, alleen maar met een lap geteerd zeildoek overdekt, waaronder het gezin de nachten doorbracht. Met dit gebrekkige vervoermiddel hadden de Cascabels twintig jaren lang de kermissen en jaarmarkten in de amerikaansche Unie afgereisd.

Ze strijken er neer van allerlei soort, de verwende stedeling, die de Alpen het liefst maar van beneden beziet en de tegen alle weder geharde bergklimmer, die boven lang heeft geteerd op den karigen kost van de sennhutten en die nu wel weer eens ter afwisseling de welbehagelijkheid wil voelen van een wel verzorgden disch, waaraan uiterlijk en naar het substantiëele dat er wordt geboden, niets ontbreekt.

Ik ben een onverbeterlijk loshoofd die niet rusten kan in de ruste; ik heb zwaar en herhaaldelijk tegen de discipline gezondigd, een onvergefelijk vergrijp in de oogen van mijn vader, dat is zoo; ik heb veel geld verkwist, veel te veel, helaas! want ik heb geteerd op het ouderlijk erfdeel dat nog niet het mijne was, ik heb mijn vader meer gekost dan het blijkt dat hij geven kón; ik ontken mijne schuld niet, ik weet dat ik veel gedaan heb wat strafbaar is in de oogen der menschen, en als ik hard word bejegend, zeg ik tegen mij zelf: 'Rudolf, mor nu maar niet, je hebt het verdiend; maar dat alles belet niet, dat ik mij nog herinner, dat ik van afkomst een patriciër ben, de zoon van een eervol hoofdofficier, en dat ik ook nog mijn vonkje eergevoel heb, al meent gij dat het heelemaal is uitgedoofd; en daarom zeg ik u: met bedriegelijke handelingen van zulken aard als gij daar onderstelt, Francis, heb ik mij nooit ingelaten; ik zou nog eerder in een verlegen oogenblik een dief of een moordenaar kunnen worden, dan opzettelijk bedrog plegen, en ik heb nooit iets gedaan dat iemand het recht kan geven mij als falsaris aan te zien, en gij, Francis! gij die wel mijne schuld maar ook mijne rampspoeden kent, gij die, begaan met mijn ongeluk, zoo dikmaals voor mij gesproken hebt, hoe komt zulke schrikkelijke verdenking tegen mij bij u op?"

Overal door steen en hout stevig omringd, liggen er een honderdtal visschersschuiten veilig voor anker. De huizen, geteerd en met pannen daken, zijn uit planken opgetrokken en staan op een veenbedding. De woningen van binnen te bekijken, behoort tot de werkzaamheden der vreemdelingen.