United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Luistert toch niet naar dien dwaas," zeide Adeelen: "heden verdedigt hij een man, wien hij drie maanden geleden naar de hel wilde sturen." "De vreemdeling heeft den dood verdiend," zeide de voortvarende Abt van Bloemkamp: "en wij hebben allen daarin medegestemd. Zal dat gehaspel nooit eindigen?" "Herroept dat schandelijk vonnis," zeide Reinout: "gij kunt er geen gezonde redenen voor inbrengen!"

Zoo bestond er onder anderen een geweldige veete tusschen het klooster van Lidlum en dat van Bloemkamp, welke beide in rijkdom en aanzien wedijverden, en waarvan het eerste de Vetkoopers, het laatste de Schieringers aanhing.

De rechtervleugel, zoo men overal verspreide krijgsbenden aldus noemen kan, werd door Adeelen aangevoerd: Cammingha bestierde de verdediging van Coudum af tot aan Warns: en de linkervleugel was aan Martena toevertrouwd. De Abten van Lidlum en Bloemkamp vormden met hun talrijke en welgeoefende conversen twee hulpbenden, gereed om zich overal te begeven, waar de strijd het heetste was.

"Kom! kom!" zeide de Abt van Bloemkamp, met zijn gewapende vingers op de tafel trommelende: "straks waart gij zoo voortvarend, Adeelen! en nu houdt gij ons met allerlei snorrepijpen op. Wat bruit ons die Hollander? Laat hij bij zijn makker hangen. En hoe is het? 't Is of ik Eise Makkinga nog buiten hoor met zijn krijgsvolk. Is dat schip nog niet in brand gestoken?"

Deodaat zag verbaasd op. De kloostervoogd van Bloemkamp was een breedgeschouderd ventje, barsch van uitzicht en van top tot teen geharnast. "Hier ziet gij de Edelen Eelco Galama en Sytse Martena, en aan deze zijde Tiete Cammingha en Jouke Helbada; gezamenlijk met mij het tegenwoordige bestuur van Friesland uitmakende. Moet ik die ginds aan 't raam staan ook noemen: het zijn Epe Fadinga en...."

Het lijk des Graven werd tien dagen na den slag gevonden, en in 't klooster Bloemkamp, bij Bolsward, begraven, doch later, zoo men wil, naar 's Gravenhage vervoerd. Des Graven dood gaf alom groote droefheid.

"Aha! zoo! zijt gij het, Jonker van Aylva?" vroeg de man, tot wien hij zijne toespraak richtte: "eilieve stijg eens af! ik zal u een schouwspel laten zien, dat geschikt is, aller hart te verheugen." "Ik kom bij u," zeide Reinout, den Abt van Bloemkamp herkennende: "maar ik kan niet lang blijven. Adeelen wacht mij terug."

De Abten van Lidlum en Bloemkamp, die hun monniken meer met den wapenhandel dan met gebeden kwellen, en verscheidene Edelen kwamen terstond hier. Ik moet ter eere van Adeelen zeggen, dat zijn beschikkingen verstandig waren.

"Wel!" zeide de Abt, "ik behoef u toch het oude orakel niet te herinneren, dat bij de stichting van Dekamastins door den Abt van Bloemkamp is uitgesproken. Laat zien, hoe luidt het ook?...." "O! bedoelt gij dat?" hernam Madzy: "haal dat maar niet op," voegde zij er haastig bij, als wilde zij een onaangename herinnering ontwijken. Maar vader Volkert liet zich niet van zijn tekst brengen.

Charterboek, 208, 209, 210, 226, 227. Charterboek, 233-255. Tien dagen na den slag tusschen Stavoren en Warns in 1345 was 's Graven lijk gevonden geworden door MARTEN, kommandeur der St. Jansheeren te Haarlem, die het liet begraven in het Klooster Bloemkamp bij Bolsward, van waar het later door ALBRECHT naar Valenciennes is overgebragt. Onbegraven beteekent hier: in geen vorstelijk graf bijgezet.