United States or Nepal ? Vote for the TOP Country of the Week !


XLI p. 496. Oeuvres, VI p. 49. T.a. p. 60. Villon, Testament, XLI, vs.321-328, ed. Longnon, p. 33. Champion, Villon, 1 p. 303. Mâle l.c. p. 389. Leroux de Lincy, Livre des légendes, p. 95. Le livre des faits etc., II p. 184. Journal d'un bourgeois, I p. 233/4, 392, 276. Zie verder Champion, Villon, I p. 306. A. de la Salle, Le Reconfort de Madame du Fresne, ed. J. Nève, Paris. 1903.

Uitdrukking van uiterste wanhoop aan den Orestes van Racine ontleend: J'étais Pour être du malhenr un modèle accompli. bien, je suis content, et mon sort est rempli Onze groote dichter schatte dit treurspel van Racine, de Andromaque, zeer hoog, en noemde het mij eenmaal "het juweel van het fransche tooneel". IIe Zang, vs 389, bl. 26, rl 6 v. b.

Aurora's bode, de morgenster, bij welker verschijning de geesten, die wegens misdrijven geen rust vinden, of de zelfmoordenaars, die deels aan een kruisweg begraven zijn, deels in het water liggen, hun omwaren staken. Aurora's lieveling van reg. 389 is de schoone jager Cephalus, zie V. 1. 200. Tangen en botten, een dorpsmuziek, waarbij op tangen en beenderen geslagen werd.

In ± 400 viel de stad in handen van de Lucaniërs, en in 389 werden de inwoners van Thurii daar door hen in een grooten veldslag verslagen, zie Graecia Magna. Cn. Pompeius Strabo verhief ze in 89 tot een lat. kolonie, vandaar de naam; sedert 49 municipium. Lausus, zoon van Mezentius, koning van Caere. Vader en zoon kwamen in den strijd tegen Aeneas om.

Medma, grieksche kolonie aan de Westkust van het land der Bruttii, aan een gelijknamig riviertje. Medocus, Medokos, vorst der Odrysen, vriend van Alcibiades, in 389 door Thrasybulus tot een bondgenootschap met de Atheners overgehaald. Meduli, volkje in Aquitania, aan den mond der Garumna aan den linker oever, omstreeks het tegenw. Medoc.

Het land, dewyl het laag en broekig was, wierd met dyken en sluizen, tot haar gebruik ten nutte gemaakt: en gaven 't den naam van kleen Friesland, vervattende het land dat men nu Eiderstede, Angelen en Strantfriesen noemt . In den jaare 389 hebben de volkeren dezer landen aan de Romeinen schattinge geweigert te geeven, en daar by hunnen Raadsheer Sisinus met al zyn volk doodgeslagen.

Theodosius wist echter de magie er weinig dank voor en vaardigde in 389 met zijne medekeizers Valentinianus II en Arcadius het volgende wetsbesluit uit : "Al wie hoort dat iemand met de smet van booze kunsten is bezoedeld en hem betrapt en gegrepen heeft, moet hem terstond te voorschijn slepen en aan de oogen der rechters als een vijand van het algemeene welzijn toonen.

Daar hij het leger door beloften misleidde, veroorzaakte hij groote verwarring, en kwam hij persoonlijk in groot gevaar. In 389 werd hij als harmost naar Abydus gezonden, maar het volgende jaar viel hij in een hinderlaag, hem door Iphicrates gelegd, en sneuvelde hij.

Doch ook deze verzameling ging met den tempel te gronde, toen in 389 de christenen, door den aartsbisschop Theophilus tegen de overblijfselen van het heidendom opgeruid, het Serapeum bestormden en in brand staken. De groote boekerij werd in een vleugel van het koninklijk paleis bewaard, en is waarschijnlijk in de troebelen der jaren 272 en vv. voor een groot gedeelte vernield.

Toen de Galliërs in 389 op Rome lostrokken, hoorde men in het holle van den nacht eene geheimzinnige stem, die de nadering der vijanden aankondigde. Alabanda, genit. -ae en -orum, ta Alabanda, bloeiende stad in Caria, doch berucht om de weelde en de losse zeden die er heerschten.