United States or Dominica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nic. de Clemanges, De novis celebritatibus non instituendis, Opera, ed. Lydius, 1613, p. 143. Le livre du chevalier de la Tour-Landry, p. 66, 70. Gerson, Sermo de nativitate Domini, Opera, III p. 946, 947. Nic. de Clemangiis, l.c., p. 147. O. Winckelmann, Zur Kulturgesch. des Strassburger Münsters, Zeitschr. f. d. Gesch. des Oberrheins NF XXII 2.

In 1326 voltooide Lodewijk van Velthem "het boek van Koning Artur", dat zich bij Maerlant's "Merlijn" aansluit en de vertaling is van een Fransch "Livre du Roi Artus." Van den roman van Torec, die opgenomen werd in de Lancelot-compilatie, is tot nu toe geen Fransch origineel gevonden, dus is deze waarschijnlijk als eene oorspronkelijke schepping van Maerlant te beschouwen.

Uit ongeveer denzelfden tijd als Machaut's Voit-Dit stamt een ander werk, dat in zeker opzicht als tegenhanger zou kunnen dienen: Le livre du chevalier de la Tour Landry pour l'enseignement de ses filles. Het is een geschrift uit adellijken kring evenals de roman van Machaut en Peronnelle d'Armentières; speelde deze in Champagne en in en om Parijs, de ridder de la Tour Landry verplaatst ons naar Anjou en Poitou. Doch hier geen oude dichter, die zelf bemint, maar een vrij prozaïsche vader, die herinneringen uit zijn jonge jaren, anecdoten en verhalen ten beste geeft "pour mes filles aprandre

Aldus Juvenal des Ursins, p. 543, en Thomas Basin, I p. 31. Het Journal d'un bourgeois, p. 110 geeft een andere reden voor het doodvonnis, evenzoo Le Livre des trahisons, ed. Kervyn de Lettenhove (Chron. rel.

Le livre du chevalier de la Tour-Landry, ed. de Montaiglon, p. 56. L.c., p. 257; "Se elles ouyssent sonner la messe ou

Bij H. Denifle, La désolation des églises etc. en France. Paris 1897-'99, 2 vol., I p. 497-513. Alain Chartier, Oeuvres, ed. Duchesne, p. 402. Rob. Gaguini Epistole et orationes, ed. Froissart. ed. Kervyn, XII p. 4; Le livre des trahisons p. 19, 26; Chastellain, I p. XXX, III p. 325, V p. 260. 275, 325, VII p. 466-480; Thomas Basin, passim, vooral I p. 44, 56, 59, 115; vgl.

"Ce sont ici les dix commandemens, Vray Dieu d'amours.... Lors m'appella, et me fist les mains mettre Sur ung livre, en me faisant promettre Que feroye loyaument mon devoir Des points d'amour". En van de eigen doode geliefde: "J'ay fait l'obseque de ma dame Dedens le moustier amoureux, Et le service pour son ame A chanté Penser doloreux.

De edele ridder Boucicaut had zich met zijn tochtgenooten op een reis naar het Oosten in 1388 tot den pleitbezorger der ridderlijke trouw gemaakt, en met het dichten van het Livre des cent ballades zich den tijd gekort. De beslissing tusschen flirt en trouw wordt er den beaux-esprits van het hof voorgelegd.

Het begin van zijn gedicht Le livre des quatre dames, een samenspraak van vier edelvrouwen, wier minnaars bij Azincourt gestreden hebben, geeft, zooals de regel is, het landschap, den achtergrond van het beeld.

Op dien tocht kort hij zich den tijd, door met twee of drie wapenbroeders: Philippe d'Artois, diens seneschalk en een zekeren Cresecque, een dichterlijke verdediging te geven van de edele, trouwe minne, zooals zij den volmaakten ridder betaamt: Le livre des Cent ballades. Goed, waarom niet? Het moest hem leeren, dunkt ons, de wereld niet langer door dat gekleurde glaasje te zien.