Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 30 juni 2025
Alle huizen zijn geïllumineerd; op de hoeken der voornaamste straten, op de drukste punten verrijzen triomfbogen, paleizen, obelisken van bamboe, van onder tot boven met lampions bedekt en eene zee van licht uitstralende; de dicht belommerde lanen prijken met eene dubbele rij van bontgekleurde lantarens.
Toen ze het versche spoor van den mannetjeseland kruiste, duwde de oude moederlynx er haar grooten kop in om eens lang te snuiven. Onmiddellijk sloot de reeks zich en stond elke lynx als een standbeeld met zijn stompen neus in een geur uitstralende hoefprent, om er met zijn botte zintuigen achter te komen, wat daar juist langs was gegaan.
Tot nu toe heeft alleen de weinig bevolkte, maar meer bekende kust van den Atlantischen Oceaan voordeel gehad van de betrekkelijke nabijheid van Europa en van de uitstralende activiteit der groote noord-amerikaansche centra, New York, Chicago e. d.
Aan zijne voeten heeft men echter het mooiste uitzicht, de van den berg uitstralende dalen zijn rijk in afwisseling; aan het einde van elk dal dichte dennenbosschen, waarop dan helder gekleurde weiden volgen, met woningen bezaaid.
Daar was eerst "de Waaier", die zijne uitstralende waterstralen uitspoot; "het Sterke Kasteel", dat zich als met geschut scheen te verdedigen; "de Oude Getrouwe", met zijne waterzuilen, die zich met regenbogen kroonden; "de Reus", die met zoo'n kracht een loodrechten waterstraal, welke een omvang heeft van twintig voet, loodrecht opwerpt, dat hij eene hoogte van tweehonderd voeten bereikt.
Het geslacht der Gnoe's omvat weinige soorten, welke de volgende kenmerken met elkander gemeen hebben: De romp rust op matig hooge pooten en is kort en dik, de kop bijna vierhoekig, de neusspiegel breed, elk neusgat als 't ware met een deksel voorzien. De oogen, ieder door een krans van stervormig uitstralende witte borstels kringvormig omgeven, hebben een woeste en boosaardige uitdrukking.
Om een idee te krijgen van een polyp stelle men zich voor: een klein, langwerpig lichaam, geleiachtig en zeer prikkelbaar met aan het boveneinde een mond, voorzien van raderorganen of wel van uitstralende tentakels, en welke toegang geeft aan een spijsverteringskanaal zonder verdere uitgangen.
Ze staken vuurtjes aan, die rond-vraten rondom het hooge vlammende vuur-rood van de bloem, en hoopten zoo, door boozen rook en walm, het schoon van de glanzende, boven hen uitstralende tulp te overstemmen. 't Werd Zomer. Toen stierven, op een heerlijken, lichten zòn-dag, al de witte madeliefjes. Een booze, zwarte man met een zeis kwam 't gras maaien waarin ze stonden.
De lucht was nu blauw, en alles herinnerde aan een woestijnwandeling. Men had hier dezelfde droge lucht, die de van het warme zand uitstralende warmte afkoelde; dezelfde stilte en plechtigheid, ook een zelfde mengeling van blauw, groen en bruin en het verre, ruime uitzicht.
En ook wilde hij niet genoodzaakt zijn, te schrijven voor brood; hij kòn het niet, hij kòn enkel produceeren wanneer "liefde tot het groote goede en schoone" gelijk hij zich uitdrukte, dat is enthousiasme voor sociale idealen, de heerlijke, uitstralende warmte der inspiratie wekte in zijn gemoed.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek