United States or Palestine ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het gebeurde een weinig ten westen van Katsena onder de volgende omstandigheden: De heer Audoin, die toen juist aan de grens voor de plaatsing der grenspalen kapitein Tilho verving, toen die laatste licht ongesteld was, was vroeg in den morgen vertrokken door een woestijnachtige streek.

Inderdaad bereikte de expeditie Tilho, die in het begin van de maand November 1906 uit Cotonoe was vertrokken en die de Dahomey was opgegaan, Gaya in Januari 1907 en zette den tocht naar het Tsadmeer voort door het dal der Dallol Maoeri en der Gober Tibiri. Op dit deel van haar tocht zullen wij de expeditie vergezellen.

En hoewel de meesten van ons adjudant Roux nog maar nauwelijks eenige maanden kenden, was zijn plotselinge dood voor ons allen een groot verdriet. Zijn stoffelijk overblijfsel, dat tegen het vallen van den avond van Baro naar Düngass werd overgebracht, werd begraven bij het kamp, waar kapitein Tilho zijn hoofdkwartier had gevestigd.

De toestand was kritiek. Mijn karavaan bestond uit veertig lasten, en er was geen enkel lastdier in het dorp. Ik kon ook niet wachten, want de instructies, die ik had ontvangen, schreven mij voor, ten spoedigste naar Zinder te gaan, om er het voor de expeditie bestemde geld te halen, en kapitein Tilho moest op mij wachten te Düngass.

Frankrijk had als vertegenwoordigers, buiten kapitein Tilho, gekozen den luitenant ter zee Audouin, den luitenant van de koloniale infanterie Vignon en dokter Gaillard, geneesheer bij de koloniale troepen.

Kapitein Tilho riep te Toerbanguida de voornaamste hoofden samen en liet hun weten, dat nu voortaan de Franschen heeren en meesters in het land waren, ze zich voorstelden, er de stiptste orde te handhaven. De aanwezige hoofden beloofden, het fransche gezag te erkennen en hun best te zullen doen, ons te helpen.

De zending, die in 1906 aan kapitein Tilho van de koloniale infanterie werd opgedragen, had ten doel, de engelsch-fransche grens tusschen den Niger en het Tsadmeer vast te stellen in overeenstemming met het protocol, op 29 Mei 1906 te Londen geteekend door een conferentie, waarin Frankrijk vertegenwoordigd was door den heer Binger, toenmaals directeur aan het ministerie van koloniën; door graaf de Manneville, secretaris van de fransche ambassade en door kapitein Tilho, die ten tijde van de eerste expeditie Moll gereisd had in het betreffende gebied.