United States or Burundi ? Vote for the TOP Country of the Week !


We zouden allen dood zijn, vóór we de helft van den terugweg hadden afgelegd. De ellende scheen ten top gestegen, en alleen een wonder scheen ons te kunnen redden.... Het wonder deed zich voor. Op denzelfden avond van den storm bij Tala, op het oogenblik, toen het kamp juist gereed was in een zijdal van de Zemzem, deed een alarmsein mijn heele personeel opschrikken.

Te Tala had hij er schuld aan gehad, dat we verdwaalden, door vol te houden wat hij bleek niet te weten. Dienzelfden avond eindelijk had hij de nachtwake op zich genomen, die nooit verzuimd mag worden om de vele gevaarlijke zwervers. Toen ik wakker werd, vond ik hem niet in het kamp, en niemand stond in zijn plaats op schildwacht. Ik liet dadelijk allen opstaan.

De reusachtige, maar smalle kloven van de wadi's Akrima, Ageroe, Sjdaff, Tala noodzaakten ons tot moeilijke afdalingen en daar op volgende klimpartijen om weer op het plateau te komen, waarbij telkens de kameelen moesten ontladen en weer belast worden, zooals al eenmaal te Mahmoed het geval was geweest.

Een zandstorm bij Tala hield ons gedurende tien uren op onze plaats en had den verstikkingsdood van een der paarden ten gevolge. Tot overmaat van ramp raakten de levensmiddelen op. Ik kon er niet aan denken, op onze schreden terug te keeren in den staat, waarin zich onze menschen en dieren bevonden na twee dagen zonder water en in een toestand van algeheele uitputting.

Een zandstorm bij Tala hield ons gedurende tien uren op onze plaats en had den verstikkingsdood van een der paarden ten gevolge. Tot overmaat van ramp raakten de levensmiddelen op. Ik kon er niet aan denken, op onze schreden terug te keeren in den staat, waarin zich onze menschen en dieren bevonden na twee dagen zonder water en in een toestand van algeheele uitputting.

Tha bidroglika prestera ånd tha wrangwrêja forsta thêr immer sêmin hêladon, wildon nêi wilkêr lêva ånd buta god-is êwa dvan. In hjara tsjodishêd send hja to gvngen ånd håvon ôthera tâla forsvnnen, til thju hja hêmlik machte sprêka in åjenwårtha fon alrek ôtherum, vr alle bosa thinga ånd vr alle vnwêrthlika thinga svnder thåt stemlêth hjam vrrêda mocht nach skâmrâd hjara gelât vrderva.

Tha Yra ne sind nêne yra mâr gôda minska thêr nêna byldon to lêta nach ônbidda, âk willath se nêna chårka nach prestar doga, ånd êvin als wi-t frâna ljucht fon Fåsta vpholda, êvin holdon se ôllerwechs fjur in hjara hûsa vp. Kvmth môn efter êl westlik, ôlsâ kvmth môn by tha Gedrostne. Fon tha Gedrostne. Thisa sind mith ôra folkrum bastered ånd sprêkath ôlle afsvnderlika tâla.

We zouden allen dood zijn, vóór we de helft van den terugweg hadden afgelegd. De ellende scheen ten top gestegen, en alleen een wonder scheen ons te kunnen redden.... Het wonder deed zich voor. Op denzelfden avond van den storm bij Tala, op het oogenblik, toen het kamp juist gereed was in een zijdal van de Zemzem, deed een alarmsein mijn heele personeel opschrikken.

De reusachtige, maar smalle kloven van de wadi's Akrima, Ageroe, Sjdaff, Tala noodzaakten ons tot moeilijke afdalingen en daar op volgende klimpartijen om weer op het plateau te komen, waarbij telkens de kameelen moesten ontladen en weer belast worden, zooals al eenmaal te Mahmoed het geval was geweest.

Te Tala had hij er schuld aan gehad, dat we verdwaalden, door vol te houden wat hij bleek niet te weten. Dienzelfden avond eindelijk had hij de nachtwake op zich genomen, die nooit verzuimd mag worden om de vele gevaarlijke zwervers. Toen ik wakker werd, vond ik hem niet in het kamp, en niemand stond in zijn plaats op schildwacht. Ik liet dadelijk allen opstaan.