Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 juni 2025


Men kan er rhumsaus bij geven, maar ook gewelde boter en suiker. Meel- en broodpudding. 3 1/2 m. melk roert men op het vuur goed en gelijk dooreen met 2 1/2 o. bloem en 1 o. boter. Als het verslagen is, voegt men er 8 eijerdoijers, 1/2 lepeltje foelie en 2 spijslepels suiker bij, klopt het stevig en roert er dan 1 o., 8 l. geraspt oud wittebrood door, benevens het geslagen eiwit en 1/2 glas rhum.

Wanneer men hem den volgenden dag op den schotel heeft omgekeerd, giet men de volgende saus er rondom: 1 pollepel room of 4 hardgekookte eijerdoijers roert men met 2 theelepels mosterd en wat suiker door elkaâr; dan voegt men er na elkander 4 spijslepels azijn, evenveel Genuaolie, wat fijngehakte dragon, peper, zout en hetgeen men van de gelei nog over heeft, bij.

Dan mengt men er het tot schuim geslagen eiwit luchtig door, en daarna 2 opgehoopte spijslepels gezift aardappelmeel, of, bij gebrek daarvan, evenveel goede gezifte stijfsel. Men doet het beslag terstond in den vorm, en bakt het volgens No. 20. De taart wordt versierd met glazuur, waarop men figuren van oranjesnippers legt of ingemaakte vruchten.

Opvlieger met gekookte vruchten. 5 m. zure room worden gelijkgeklopt en dan goed dooreengeroerd met 6 eijerdoijers, ruim 7 l. beschuit, 3 spijslepels suiker, wat vanille of kaneel en citroenschillen; dan roert men er luchtig het geslagen eiwit door en giet het over de eene of andere soort van gekookte vruchten; 3/4 uur bakken.

In plaats van wijn kan men zich ook van citroensap bedienen. Deze opgave is voor 2 personen berekend. Schuimende biersoep. Eene kan bier, even zooveel water, 2 spijslepels tarwebloem, 4 eijeren, 2 citroenschijven, suiker en kaneel naar den smaak, worden op een levendig vuur gezet en met eene garde geslagen, tot alles aan het koken toe is.

Geglaceerde beschuit. 6 1/2 m. melk, 8 eijerdoijers, wat citroenschil en vier spijslepels suiker worden dooreengeroerd en 3 1/2 o. beschuit daarin geweekt. Men verdeelt het mengsel in drie, deelen, die men, met lagen krenten en vruchtgelei er tusschen, in den schotel legt.

Remoulade saus. 2 geraspte groote uijen, 3 hardgekookte en fijngewreven eijerdoijers, 8 theelepels mosterd, 4 spijslepels Genuaolie, 1 lepel suiker, ruim 2 m. azijn, peper en zout naar den smaak, benevens, naar verkiezing, 4 gehakte ansjovis, worden goed door elkaâr geroerd; dan door eene zeef gewreven, waarna men er kappers bijvoegt. Men geeft deze saus bij koud vleesch of kouden visch.

Men klutst een ei met twee of drie spijslepels water, fijn zout en notemuskaat; daarin doopt men de schijven tong, wentelt ze daarop in geraspt wittebrood en bakt ze met boter in de koekepan.

In eene portie voor vier personen doet men 2 groote spijslepels rijst, of paarlgarst, van sago, of vermicelli, half zooveel. Paarlgarst en sago moeten 2 1/2 of 3 uren koken, rijst 1 uur of 5 kwartier, vermicelli een half uur.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek