United States or El Salvador ? Vote for the TOP Country of the Week !


Te Blitterswijk zingt men: Ik zeug zo gêr no Kêvele goan, Wen er mar gene grune wolf zaat, Joa, joa, do zit er ene, Nie der zit er gene. Over de karakteristieke processievaantjes spreek ik nader in het Vijfde Hoofdstuk: Volkskunst.

De voorstelling heeft doorgaans betrekking op de kerk der bedevaartplaats, of op het beeld of het leven van den heilige, daar vereerd. De meest bekende processievaantjes zijn wel die van Scherpenheuvel en, voor Noord-Nederland, van de Duitsche bedevaartsplaats Kevelaer. De verzameling van het Antwerpsche museum van Folklore telt 123 nummers, de verzameling van Heurck niet minder dan 236.

Uithangborden. Bidprentjes. Huiszegen. Processievaantjes. Volksprenten. Jan de Wasscher. Klein Duimpje. De volksprenten en het feestelijke jaar. Het volkstooneel. Het poppenspel. Zesde Hoofdstuk. De Volkswetenschap Inleiding I. Volksetymologie De term volksetymologie. Klank- en begripsassociaties. Etymologische natuurverklaring. Volksetymologie in plaatsnamen. II. Volksgeneeskunde

Hal: Vaantjesboeren, van wege de processievaantjes. Leuven: Peetermannen. Sint Pieter is de patroonheilige van de stad. Men noemt ze ook de Koeischieters, omdat naar verluidt, de Leuvenaars een kudde hoornvee voor vijanden aanzagen. Zie Volkskunde V, bl. 169; Ons Volksleven VIII, bl. 38. Linkebeek: Moeliedauwers. Messelbroek: Kalotten. Molenbeek: Vaartkapoenen; vgl. Willebroek. Schaarbeek: Ezels.

Over deze processievaantjes zie vooral het opstel van Van Heurck in Volkskunde XXI, bl. 182. Zoo kom ik als vanzelf tot de profane volksprenten of mannekesbladen, in Noord-Nederland vroeger floskaartjes, thans meestal centsprenten genoemd.

Als versierselen van de volkswoning mag ik ook de processievaantjes niet voorbijgaan.