Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 mei 2025
De heele Zuidkust van Ceram is door gemengd volk bewoond, veel Ternataners, Javanen, Chineezen, Papoea's ook, hebben zich daar in den loop der tijden gevestigd, als handelaars soms, als schippers die heen en weer voeren tusschen de eilanden en Nieuw Guinea; als slaven ook zijn zij er heen gebracht.
Dezer dagen kregen wij ook af en toe bezoeken van Papoea's van omwonende of, beter gezegd, van toevallig tijdelijk in de buurt zijnde stammen. Door ons zooveel mogelijk op hun gemak gebracht, overwonnen zij weldra hun schuchterheid; hoewel altijd een open oogje houdende voor een gelegenheid tot eventueel noodigen terugtocht.
Dezen dag passeeren wij de nederzettingen der Papoea's, die in begin Mei de colonne Stroeve bepijlden en waarvan er één werd neergelegd. Het oerwoud langs de rivieroever is vol van onheilspellende geluiden en de houding van de zich vertoonende mannen zegt ons, dat zij niet veel goeds in den zin hebben.
Hier werd hij door Papoea's gevonden en bijgebracht; zij brachten den armen, geheel getroubleerden kerel in Pionierbivak, vanwaar hij ten spoedigste werd geëvacueerd. Een dergelijk geval strekt wel tot leering.
De meisjes komen gaarne en blijven gaarne, en nemen, als ze teruggaan, onder andere de gewoonte van zich te wasschen mee. Zij van hùn kant, de ontslagen dwangarbeiders van den hùnnen, brengen zoo nieuwe mogelijkheden het binnenland in. Zij willen wel, de Papoea's: alléén: zij moeten eerst geholpen worden om te willen. Dat voor zulk helpen toch zooveel geld noodig is!
Door de opkoopers worden pisangs, papaja's en watermeloenen uit de kampong aangebracht. Het voornemen bestaat, eenige landbouwers uit Java te laten overkomen om te trachten de Papoea's iets voor rijstkultuur te doen gevoelen. Zij houden wel van gekookte rijst en vragen er hier om, maar thuis zijn zij nog tevreden met hun sago en met klappers en als toespijs al wat loopt, vliegt en kruipt.
Welk kinderlijk volkje, die Papoea's! Pleizier om de minste kleinigheid, gelukkig met een heel klein pluimpje. Dikwijls kwamen zij ook op ziekenrapport. Als ik hun dan vroeg wat er eigenlijk aan scheelde, kreeg ik een lang verhaal over weeën hier en weeën daar, doch dat alles ging graag over als ze maar een kleinen "obat" kregen, onverschillig welken.
Op den terugmarsch, dicht bij het bivak der prauwen, bij het afdalen van een steilen rug, hoorde ik eensklaps dat we "aanraking" hadden. En niet vriendschappelijk! Mijn troepje haastte zich verder, ik snelde met de fuseliers naar boven, de wapens in de hand. Hier stonden wij voor een tiental gewapende en gevechtsklare Papoea's.
De dag voor ons vertrek was nog bijna uitgeloopen op een gevecht met de omwonende Papoea's, die van een bezoek aan het bivak misbruik maakten, door een Dajakschen mandau te stelen. 't Werd gelukkig gezien en er werd krachtig ingegrepen, maar de goede verstandhouding was weg. Den volgenden morgen vertrokken wij en maakten bivak op den linkeroever, ongeveer 24 K.M. beoosten Motorbivak.
Zij werden door halfnaakte wilden gepagaaid, en ik zag ze niet zonder ongerustheid naderen. Het was duidelijk dat die Papoea's reeds met Europeanen in aanraking waren geweest, en hunne schepen kenden. Maar wat moesten zij wel denken van dien langen ijzeren cylinder, zonder mast of schoorsteen?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek