United States or Madagascar ? Vote for the TOP Country of the Week !


De pijlers rusten op eene bedding van zes-en-twintig el breedte, die het water tot twee el boven peil moet opstuwen; elke boog bestaat uit een kruisgewelf, rustende op vier massieve gemetselde pijlers.

Met den aanleg dier kanaalwerken is aangevangen na 1850, ten einde door dat kanaal de Boven-Merwede, waar bij hoogen rivierstand het water hoog kon opstuwen en dat door den meer en meer aanslibbenden Biesbosch niet voldoende kon wegloopen, te ontlasten. Vóór 1421 was de Merwede een onverdeeld doorloopende rivier tot bij Dordrecht.

En toch, dit watertje, zoo onbeduidend en onschuldig thans, dat, naar het ons voorkomt, die zware dijken als uiting van het menschelijk wantrouwen pijnlijk moeten aandoen, is niet zoo vreedzaam, als 't er uitziet. Hoog kan die rustige Linge hier haar wateren doen opstuwen, de uiterwaarden overstroomend, en, van dijk tot dijk rijzende, die zware borstweringen zelf bedreigen.

Wanneer wij hierbij bedenken, dat de Lek bij hoogsten stand soms tot 4 meter boven den gemiddelden waterstand rijst, dan wordt het ons duidelijk, dat bij winterstormen, als de west-orkanen het zeewater niet alleen opstuwen langs onze kust, maar ook opdrijven in de zeegaten en riviermonden, wanneer daarbij gelijktijdig de rivieren een aanzienlijken afvoer van bovenwater hebben, de geheele Alblasserwaard als een schip diep te midden van de woedende golven ligt, die, als zij de overwinning behaalden, het geheele land in een zee zouden herscheppen.

Maar ook dit is 't geval niet, want by de aanhoudende eb en vloed der meeningen, bestaat altyd zekere kans dat «Men» somtyds juist oordeelt, al blyft het gewaagd dat monster daarvoor grooter eer toetekennen dan de kansrekening meebrengt. En ... die kans is zeer nadeelig, want het aantal en de kracht der invloeden die de publieke meening 'n verkeerden weg opstuwen, is zeer groot.

De lente had haar sappige, groene guirlandes van walnote- en kastanjeboomen ontplooid; zwellend slingerden zij zich van de brug bij Saint-Maurice tot aan den oever van het meer van Genève langs de Rhône, die met een geweldige vaart voortstroomt van haar bron onder den groenen gletscher, het ijspaleis, waarin de ijsjonkvrouw woont, en vanwaar zij zich door den scherpen wind laat opstuwen tot op het hoogste sneeuwveld, om daar te rusten op haar sneeuwzetel; daar zat zij en staarde met een doordringenden blik in de diepste dalen neer, waar de menschen ijverig in beweging waren, evenals mieren op de steenen, die de zon beschijnt.