Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 mei 2025


In de adellijke wijk vindt ge eene menigte trotsche woningen, echte kasteelen met gekanteelde muren, torens en bolwerken; jammer slechts, dat deze vorstelijke residentiën dikwijls door ruïnen en bouwvallige gebouwen worden ontsierd.

De menschen van de Rifeilanden zijn zeer polynesisch in taal en voorkomen. Sommigen zijn zeer licht van tint en hebben sluik haar; de vrouwen vertoonen de gelijkenis veel sterker dan de mannen, zoodat men enkele van haar voor Samoaanschen zou aanzien, als niet het haar kroes was. Het waren meestal mooie, volle gestalten met regelmatige trekken, door niets ontsierd.

Niets zou de bevalligheid en deftigheid van zijn gang en zijn manieren overtroffen hebben, als deze niet ontsierd waren geweest door een in het oog vallenden schijn van hoogmoed, die zoo licht verkregen wordt door het uitoefenen van onbeperkt gezag.

"Doña Dulcinea van Toboso kijkt niet scheel, en nog veel minder wordt haar edele gestalte door een bult ontsierd. Maar gij zult voor uwe snoode lastering het met den dood boeten."

Terwijl dus de mannen een, hoewel niet mooien, maar dan toch interessant wilden indruk maken, worden de vrouwen door de mode zoozeer ontsierd, dat men eenigen tijd noodig heeft, om er niet meer door te worden afgestooten.

Wat baat het, dat daarginds metalen beelden rijzen, Zoolang een woeste drom hier Willems beeld verbant, Zoolang men zaal en gang in 't Prinsenhof blijft wijzen, Ontheiligd en ontsierd door snoode taal of hand", aldus toornde de heer J. C. Perk in het Muzen-Album van 1849.

En hoe goed is het verhaal verteld: vlug, zonder uitweidingen, met slechts een enkele reflexie over "vrouwenlist", zelden ontsierd door stoplappen.

Er loopt een rechte en niet zeer lange lijn tusschen de magische vrees, waarmee de natuurvolken zich afwenden van de vrouw in haar vrouwelijkste verrichtingen, en den ascetischen vrouwenhaat en -smaad, die sedert Tertullianus en Hieronymus de christelijke litteratuur had ontsierd. Alles wordt substantieel gedacht.

De tuin, die door de vermelde bijgebouwen ontsierd was, had vier paden, die bij een put elkander kruisten; een ander pad liep rondom den tuin, langs den witten muur, die hem insloot. Deze paden verdeelden den tuin in vier met palm omzoomde bedden. Op drie ervan verbouwde Magloire groenten; het vierde was door den bisschop met bloemen beplant; hier en daar stonden enkele vruchtboomen.

In zware gronden groeit hij slecht, en wordt hij schriel, terwijl de uiterste top dood gaat; waarmede de boom voor goed ontsierd is, daar hij, evenals zeer vele Coniferen, een zeer regelmatigen groei heeft. Daar men vooral voor kleine tuinen ruimte van keus heeft, doet men wijs ook deze twee er niet in op te nemen.

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek