Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 november 2025
Op den dag van myne aankomst, gaf hy my en myne Officiers eene avondmaaltyd, en hy onthaalde ons op versch gekookt en gebraden vleesch; het geen ons een groot genoegen verschafte en uittermaaten verwonderde. Maar hoe was ik ter nedergeslagen, wanneer ik vernam, dat deeze lekkere spys aan ons was opgedischt ten kosten van de koe en het kalf, waar op ik alle myne hoop gebouwd hadde!
De vreede echter mocht myn deel niet zyn, want denzelfden achter-middag was ik genoodzaakt twee andere Officiers uit te dagen, die zig op deeze maaltyd in het geschil van den Capitain tegen my gemengd hadden. Ik had echter het geluk, om hun zonder geweld of bloedvergieten myn caracter te doen kennen.
Echter liepen wy geen gevaar meer om door de muitelingen vermoord te worden: dank zy hunne kleinmoedigheid, of liever hunne overyling. Ik ontfing op dit tydstip een brief van den Colonel FOURGEOUD, die over het verlies van zoo veele braave Officiers zeer was aangedaan.
De Officiers vervoegden zig toen by de soldaten, die zedert den 18den waren ingescheept, en het deerniswaardig overschot deezer fraaie Zee-krygsbende bevondt zig nu eindelyk op een schip, het welk gereed lag, om des anderen daags naar Europa te stevenen.
In weerwil van myne ongelegenheid, bevond ik my in dit oogenblik in eene der gelukkigste geest-gesteldheden, die my deedt zien, dat alles in deeze weereld ten goeden en ten kwaaden keeren kan. Alle de Officiers wenschten my van goeder hart geluk, en myn Neger, zoo wel als ik, deelden met hun van hun koud ossenvleesch en brood.
Wij bleven eenige dagen te Oostmalle, op vijf uren gaans van Antwerpen. Hier kwam mijn vader mij bezoeken, met het inzicht om de bescherming mijner officiers voor mij in te roepen.
Voor eerst wordt daar op vertoond de Colonel FOURGEOUD, vooraf gegaan door eenen Neger, die hem tot leidsman dient, en, waar het water op het hoogst is, overzwemt. Daar op volge ik zelf, en eenige andere Officiers en Zee-soldaten, allen in het midden van het moeras, en onze wapenen, krygsbehoeften, enz. op het hoofd dragende, om door het nat niet beschadigd te worden.
Den 7den, kwamen de zieke Officiers, en soldaten van denzelfden post, in vaartuigen aan. Verscheiden van hun, welken men inscheepte, vonden zig buiten staat om vervoerd te worden, en geraakten, zonder eenige hulp, op de reize om 't leven. Een van onze Heelmeesters stierf ook, den zelfden dag, op de legerplaats, en aanhoudend begroef men soldaaten.
De onmenschelykheid van den Colonel FOURGEOUD, omtrent zyne Officiers, was tans tot die hoogte geklommen, dat hy zelfs niet gedogen wilde, dat zy, die in eenen hopeloozen toestand waren, een soldaat tot oppasser hadden, welken prys zy ook bereid waren 'er voor te betalen.
Het Staatsbestuur, door eenen ervaringrijken koning aangedreven, hield zich onverwijld met de herinrichting des legers bezig; men zou den officiers, die de noodige bekwaamheid niet bezaten, hun ontslag geven, andere, oudgediende oversten in hunne plaats stellen, de tucht strengelijk doen handhaven, en met onverbiddelijke krachtdadigheid de gedachte van persoonlijke onafhankelijkheid versmachten, welke de vrijwilligers in het leger hadden gebracht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek