Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
Na een verblijf van enkele weken slechts in zijn afdeeling klaagt hij den regent en zijn schoonzoon aan, en stelt voor deze inlandsche vorsten naar Serang te voeren om zonder hun tegenwerking het onderzoek te kunnen voortzetten. De beschuldiging luidt aldus: "Ik gevoel mij krachtens mijn ambtseed verplicht meetedeelen: dat ik den Regent van Lebak, Radhen Adhipatti Karta Natt
Maar hy trachtte de misbruiken te-keer te gaan, zooals u, m'nheer Havelaar, en ... en ... Welnu? Ga voort? Ik ben overtuigd dat hy ... zou vergiftigd geworden zyn als hy langer hier was gebleven. Schryf dat op! Verbrugge heeft die woorden opgeschreven. Zyn verklaring, ligt voor my! Nog iets. Is 't wáár of is 't niet waar dat er gekneveld wordt in Lebak? Verbrugge antwoordde niet.
Om deze redenen wordt D. D. ontlast van zijn functie te Lebak en voorloopig overgeplaatst naar Ngawi: daar zal het van zijn verdere handelingen afhangen of hij bij het binnenlandsch bestuur geplaatst zal kunnen blijven. Maar in het officiëele stuk geen woord van waardeering voor zijne edele gevoelens en goede bedoelingen!
Onwaar is 't dat ik geweigerd hebben zou "volle opening te geven van wat mij omtrent de handelingen van het Inlandsch Bestuur te Lebak bekend was." Juist om tot die "volle opening" te kunnen overgaan, drong ik op 'n vry en openlyk onderzoek aan.
Zulk een vergadering had gewoonlyk eens in de maand plaats, doch hetzyd-i aan sommige Hoofden die wat ver van de hoofdplaats woonden want de Afdeeling Lebak is zeer uitgestrekt het onnoodig heen-en weerreizen wilde besparen, hetzyd-i wenschte, terstond en zonder den vastgestelden dag aftewachten, hen op plechtige wyze toetespreken, hy had den eersten Sebah-dag op den volgenden morgen bepaald.
Na byna drie weken wachtens schreef de gewezen adsistent-resident van Lebak, die echter nog altyd als zoodanig was opgetreden, den volgenden brief aan den kontroleur Verbrugge: "N° 153 Rangkas-Betoeng, 15 April 1856.
De Adhipatti zag hem aan, als wachtte hy een aanval af. Hy wist dat er na dat "maar" iets volgen kon, dat onaangenaam zou te hooren zyn voor hem, die sedert dertig jaren Regent van Lebak geweest was. Het scheen dat Verbrugge op dit oogenblik geen lust had den stryd voorttezetten. Althans hy brak 't gesprek af, en vroeg weder aan den mandoor-oppasser of hy niets komen zag?
Tertio: dat de knevelarij in Lebak al zeer erg moet geweest zijn, wanneer zelfs een Resident die zoo gaarne schipperde, en zoo ongaarne een Inlandsch Hoofd vervolgde, constateeren moest dat er werkelijk reden tot klagen bestond, en bij gevolg: Quarto: dat Havelaar volkomen gelijk had." Aldus Professor Veth.
In die maanden was Dekker aan het "hof" van Duymaer van Twist om zijn origineelen, levendigen geest zeer gezien. In 't begin van 1856 wordt hij benoemd tot assistent-resident van Lebak.
Zou niet die zaak in elk ander land voor 'n cause célèbre gegolden hebben? Ook de hier bedoelde brieven bezit ik nog, doch slechts in afschrift, dat evenwel door den toenmaligen klerk te Lebak "als eensluidend met het origineel" gewaarmerkt is.'t Was nooit iemand de moeite waard er naar te vragen. Voornemen den Regent z'n voorschot kwytteschelden. Dit is, na het door den Gouv. Gen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek