Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
De inboorlingen verhaalden, dat deze dieren des nachts Insecten vangen of vruchten plukken, en dit zonder gedruisch doen, hoeveel zij zich ook bewegen; hunne oogen schitteren dan "als het brandende vuur". Ook zeiden zij ons, dat het zeer gemakkelijk is deze dieren in strikken te vangen; over dag kunnen goede klimmers ze wel met de hand grijpen; als zij den tak waarop de Tendj zit, duchtig schudden, klemt deze zich, om niet naar beneden te vallen, stevig vast en laat zich grijpen.
Eerst door een sparrenbosch, dan door een wirwar van kloven en spleten gaat het met moeilijke bochten om rotspyramiden heen naar een klein plateau en dan naar den top van een rotszuil in de onmiddellijke nabijheid van de Basteibrug, een flink stuk werk. Van de brug wordt den klimmers dan meestal een touw toegeworpen en met een stoutmoedigen sprong zijn ze op de brug.
Men begint dan met het meest bezochte punt van het Elbezandsteengebergte, de Bastei, met haar hemelbestormende rotswanden en vooruitspringende rotsterrassen. Voor klimmers geldt de leus, dat ze de Bastei in rechte lijn moeten nemen en de Schrammsteine moeten bezoeken.
En 't scherp en gierend strijdgeluid Galmt boven gil en jammer uit, Al valt er menig een. En dondert ook een raatlend heir Van keien langs de wallen nêer En morselt hoofd en leên; En storten krakend, splintrend daar De ladders op en door elkaâr, De klimmers onder een, Verplet, verbrijzeld of verwond Wie kan, verrijst weêr van den grond, Ten nieuwen storm gereed.
Sedert dien tijd, maar lang erna, is de gang naar de voor menschelijke spieren en longen ontoegankelijk geachte hoogten weer opgenomen door behendige en geoefende klimmers, die van geen vrees en geen wijken wisten. Sir Martin Conway plantte in 1892 zijn houweel op den Pioneer Peak in den Karakoroem ter hoogte van 7130 meter.
Alle onderzoekers verklaren eenstemmig, dat men zich geen merkwaardiger schouwspel kan denken, dan dat van een Boomkangoeroe, die zich vroolijk op de takken beweegt en bijna alle klauterkunsten vertoont, die bij andere klimmers uit de klasse der Zoogdieren waargenomen worden.
Een opgerichte houding zooals bij deze komt bij hen niet voor: zij rusten op handen en voeten, of liggen zelfs plat op den buik, in welk geval de lange, dicht behaarde staart recht naar beneden hangt; ook houden zij er niet van om zich, evenals hunne verwanten de bekwaamste klimmers die ons bekend zijn te midden van de dunne twijgen te bewegen, maar blijven liever op de dikken takken; zij gedragen zich hier geheel op de wijze van de Eekhoorntjes en gebruiken hunne lange klauwen als deze Knaagdieren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek