Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


Het viel evenwel anders uit, dan hij verhoopt had. Voor de tweede maal moest Grotius aan zijn dierbaar vaderland vaarwel zeggen. Ditmaal ging de reis niet naar Frankrijk; de toegezegde 3000 ponden waren hem slecht uitbetaald , de eigen middelen waren niet groot, betrekkingen waren hem niet gegund, zoodat het bestaan aldaar niet rooskleurig was geweest. Grotius ging naar Hamburg.

Evenmin als positief-menschelijke wetten, zijn positief-goddelijke wetten noodzakelijk, naar Grotius' meening. Dit vindt zijn verklaring hierin, dat de Groot de begrippen van St. Thomas omtrent een bovennatuurlijke orde, en een de menschelijke krachten te boven gaande eindbestemming, niet huldigt. Om terug te komen bij de menschelijke wetten, wat zijn zij voor hem.

Grotius omschrijft het "recht" in de beteekenis van het "zijne", in de beteekenis derhalve van voorwerp der rechtvaardigheid, als een volkomen zedelijke hoedanigheid een persoon eigen om iets rechtens te doen of te bezitten.

Grotius verdedigde het tollérantie beginsel, en stond hierin niet alleen, de verschillende godsdiensten moeten geduld worden, in zoover dit geen onheil brengt voor het gemeenebest. Of, en in hoeverre het niet onrechtvaardig is, dat een straf, gelijk dikwijls het geval is, niet alleen hem treft, die in eigen persoon strafbare dingen deed, maar ook anderen, behandelt Grotius in een nieuw hoofdstuk.

Men misdoet in geweten, als men ingaat tegen zijn sociale natuur; en ook hij zegt, dat men kan spreken van rechtvaardigheid, een deugd van den wil, om een ander te geven wat hem toekomt, en van het recht in objectieven zin, als hetgeen wat iemand toekomt. Welke zijn dan wel Grotius' verdiensten?

In meesterlijke taal geeft Grotius in de prologommena van zijn hoofdwerk aan, hoe men zich moet plaatsen voor het probleem: of er al dan niet een recht en een deugd van rechtvaardigheid bestaat. Het mooie latijn is hier echter oorzaak, dat het betoog wel wat duister wordt, en moeilijk te volgen is.

Op de vraag: ten wiens voordeele de souvereine macht is, antwoordt Grotius, dat zij kan zijn ten bate van hem, die bestierd wordt en van hem, die bestiert, ten voordeele enkel en alleen van het volk of van den vorst.

Daarom meent Grotius in tegenstelling met Victoria, Vasquius, Azorius, Molina, dat een misdaad tegen het natuurrecht een "causa justificativa" van den oorlog is, en wel wijl het voor hem niet noodig is, dat iemand, opdat er sprake kunne zijn, van recht om te straffen, persoonlijk of in zijn volk beleedigd is, of wel dat er een misdaad is gepleegd tegen iemand, die onder zijn jurisdictie staat.

Is het eenmaal vastgesteld dat de mensch niet alles doen kan, wat hij wil, dat daar is een hooge Vrouwe "Justitia" in drievoudig gewaad, dan kan Grotius gaan zien, of de oorlog al of niet per se in strijd is met het recht, met de natuurwet, Gods wet of de menschelijke voorschriften? Wat is oorlog, wat is recht?

Of de positief-goddelijke en de positief-menschelijke wetten noodig zijn volgens Grotius? De strafwet is zeker nuttig, is zij echter noodzakelijk? Neen, want ook in dien toestand, waarin een ieder als strafrechter kan optreden, is nog mogelijk een maatschappelijk leven. Nuttig zijn ook de andere positieve wetten, maar om dezelfde reden als zoo even genoemd, zijn ook deze niet noodzakelijk.

Woord Van De Dag

zingenden

Anderen Op Zoek