Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juni 2025
Uit mijn vorig werkje hebt gij gezien, hoe een geduchte en machtige partij in Holland, bekend onder den naam van "Loevesteinsche factie" of "de staatspartij", tegen zijne bevordering was en die door alle middelen wist tegen te houden; gij hebt er ook uit kunnen leeren, hoe er, vooral onder 't volk, een andere partij was, die deze bevordering wenschte en bij elke gelegenheid dien wensch duidelijk deed blijken.
Die van den prins dus in 't geheel geen kwaad weet, moet wel zeer argeloos zijn en van niemand kwaad vermoeden. Misschien dagteekent deze spreekwijze van de worstelingen der zoogenaamde Loevesteinsche factie tegen de prinsen van Oranje. Schilderen, verven. Fijnschilder, schilder.
Uit iedere vertaling ontstaat een partij en uit iedere tegenstrijdigheid een factie; iedere partij meent uitsluitend den waren tekst te hebben; iedere factie meent het licht te bezitten. Soms is het gezag zelf een factie. In revolutiën zijn zwemmers tegen den stroom, 't zijn de oude partijen.
Men leze ter bevestiging de historie van de Hoekschen en Kabeljaauwschen in Holland, der Heeckerens en Bronckhorsten in Gelderland, der Lokhorsten en Lichtenbergers in Utrecht, der Blaauwvoetsche en Isengrine factie in Vlaanderen, der Guelfen en Gibellinen in Italië, van de Roode en Witte Roos in Engeland, en zoo vele anderen.
Het is overigens voor een partij de voorwaarde voor alle sterken invloed, om niet alleen werkzaam te zijn voor wat met eigen belangen in verband staat; zij kan zich aan deze noodzakelijkheid niet onttrekken zonder er in te moeten berusten slechts een fractie, dikwijls genoeg een factie te zijn.
De De Witten, zeiden zij, en zij, die tot de zoogenaamde Loevesteinsche factie behoorden, gingen slechts van één hoofdbeginsel uit, namelijk, zichzelven te bevoordeelen en alle ambten en waardigheden voor zich en de hunnen te houden, en hiertoe den Prins en alle Prinsgezinden er van uit te sluiten.
Wanneer men nu de geschiedenis dier tijden raadpleegt, en tot den oorsprong en aanleg der ongelukkige factie eenigzins wil besluiten, komt, mijns oordeels, het resultaat hierop neder: dat de reeds vroeg ontstane twisten tusschen verschillende adellijke of aanzienlijke familien, zoo als die van Albada en Renalda, Gerbranda, Gratinga en Douwe van Harns en andere Grooten, ter oorzake van den voorrang in het offeren, uit hoogmoed, heerschzucht en ongebondenheid, aangeblazen door bedorven Geestelijken, werkeloosheid en slapheid der Justitie, en vernedering en onregt den minderen aangedaan, de eerste aanleiding tot, en door den haat en veete onderling, dadelijk voedsel hebben gegeven, aan de ongelukkigste en ellendigste der partijschappen, de grootste der rampen, die ooit een land en volk treffen kan, den Burgeroorlog.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek