Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
Men laat ze een half uur doorkoken en roert er vóór het opdienen nog een goed kluitje boter door. Wortelsoep I. Men kookt acht groote aardappelen fijn en eveneens twaalf wortelen; de laatste wrijft men door een zeef en laat ze dan met de fijngekookte aardappelen nog eens doorkoken, na er een paar in boter gefruite uitjes te hebben bij gedaan. Zout naar smaak.
Selderijsoep. Tomatensoep I. Men laat een kilo tomaten gaarkoken, giet er het water van af en laat in dat water vijf groote aardappelen, drie groote wortels en wat selderij gaarkoken. Men snijdt drie uitjes, fruit ze in wat boter, wrijft de tomaten door een zeef en laat alles nog eens te zamen goed doorkoken en voegt er wat maizena of in boter gefruite bloem bij om te binden. Zout naar smaak.
Heeft men geen tomaten bij de hand dan een paar fijngesneden uitjes, in boter gefruit, en het geel van een citroenschil fijn geraspt, zoo dat het wit niet geraakt wordt. Zijn de champignons gaar, wat na ongeveer anderhalf uur het geval zal zijn, dan voegt men er fijngehakte peterselie bij en laat het nog enkele minuten doorkoken, waarna men de ragoût bindt met bloem in boter lichtgeel gefruit.
Men wascht de kersen goed, ontdoet ze van de steeltjes, zet koud water op met bruine suiker en wat frambozensiroop. Als het vocht kookt, doet men de kersen er bij, laat ze even doorkoken en bindt het nat met maizena. Op één liter karnemelk neemt men 50 gram sultana-rozijnen en 50 gram krenten, laat het te zamen koken, voegt er fijngehakte kervel bij en suiker naar smaak.
Dan bestrooit men den schotel weer met fijngestampte beschuit, plaatst hier en daar een klein kluitje boter en laat het gerecht dan in een matig warmen oven lichtbruin bakken. Boschbessencompote. Goed gereinigde en gewasschen boschbessen laat men in een kleine hoeveelheid kokend water even doorkoken, voegt er bruine suiker naar smaak aan toe en laat het daarna in een steenen schotel koud worden.
Een uur vóór de opdiening zet men een stuk boter op het vuur, waarin men een paar fijngeraspte sjalotten en een theelepeltje meel roert en daarna nog even laat doorkoken. Daarna doet men de boter in de groote pan, waarin vooraf ook de groenten met een half kopje rijst zijn bijgevoegd.
Men neemt van een halve flesch room een klein gedeelte, dat men met 50 gr. bloem, 125 gr. suiker en 6 eierdooiers dooreen roert, totdat de ingrediënten goed vereenigd zijn. Dan voegt men er den overigen room bij, zet het beslag op een zacht vuur en laat het nog even doorkoken.
Des verkiezende kan men blanc-manger ook zonder vischlijm, of een dergelijk bindmiddel gereed maken, en zich daarvoor naar het volgende recept rigten: 1 k. melk, ruim 8 l. suiker, 24 zoete en 8 bittere gestampte amandelen worden met wat citroenschillen gekookt; dan mengt men 7 1/2 l. stijfsel met wat water aan, roert er 5 eijerdoijers door, en laat alles, onder gestadig roeren, goed doorkoken.
Als de azijn slechts is verschaald, zonder dat de augurken bedorven zijn, neemt men verschen azijn, legt de afgewasschen augurken er in, benevens de op eene zeef afgespoelde kruiderijen, en als nu de azijn zeer heet is geworden, neemt men alles er uit, legt het in den pot, laat den azijn doorkoken, en giet hem, koud geworden, over de augurken. Het zwavelen van inmaakflesschen.
Men voegt er heet water aan toe en bindt de saus met in boter gefruite bloem, waaraan men wat citroensap toevoegt. Zout naar smaak. Peterseliesaus. Sommigen laten de saus dan nog even op een zacht vuur doorkoken; anderen geven er de voorkeur aan ze ongekookt op te dienen. Goed gewasschen rozijnen worden gestoofd op een zacht vuur, totdat ze een mooien ronden vorm hebben.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek